Maar een paar weken per jaar is-ie te zien, in heideterrein waar ook open zand te vinden is: de lentevuurspin. En dan ook nog alleen het mannetje, met zijn vuurrode lijf met zwarte stippen. Roel van Ekris, boswachter bij Natuurmonumenten, gaat elk jaar weer op zoek naar deze zeldzame spin.
De lentevuurspin is een van de opvallendste spinnen van Nederland. Wie hem ziet herkent hem direct: een zwarte spin met stevige, korte poten en een knalrood achterlijf met zwarte stippen in een vierkant. De achterpoten zijn gedeeltelijk rood behaard en alle poten hebben witte ringbandjes.
In ons land is de soort niet te verwarren met enig andere soort. Het dier is ongeveer één cm lang. Wie een dergelijk dier ziet heeft te maken met het mannetje van de Lentevuurspin (Eresus sandaliatus). Vroeger werd deze soort Zwarte Kaardespin genoemd. Het volgroeide wijfje is veel groter, tot ongeveer twee cm lang, en afgezien van wat verspreide gelige beharing helemaal zwart, maar ze wordt vrijwel nooit gezien omdat zij ingegraven in de grond leeft.