Het is idioot. Ruud Grim is op zoek naar drie tot vijf miljoen euro en hij kan het niet vinden. Hij werkt bij het ruimtevaartinstituut gehuisvest op de TU Delft en houdt zich daar o.a. bezig met satellietregistraties van de bossen in de hele wereld. Vanochtend sprak ik met hem. Onderzoekers uit Wageningen hebben een in de wereld uniek systeem ontwikkeld om via satellietradars nauwkeurig het landgebruik en de koolstofbalans te kunnen monitoren – ook door het wolkendek heen. Zo kan je precies zien waar bos verdwijnt en waar grootschalig gekapt wordt en of er plantages geplant worden, of juist niet, terwijl dat wel de bedoeling was. Ook kan je zien of de bossen die we straks willen beschermen en nog wel staan, dat is niet vanzelfspreken. Dit systeem, naast andere systemen, zal onmisbaar zijn om de afspraken over behoud van de bossen te monitoren, die hopelijk straks op de VN-toppen in Poznan en Kopenhagen gemaakt gaan worden. Het verdwijnen van (tropisch) bos draagt voor maar liefst twintig procent bij aan CO2 uitstoot die mede verantwoordelijk is voor de klimaatverandering. Verder wordt door ontbossing het uitsterven van diersoorten versneld. Het behoud van de bossen – en grootschalige herbebossing! – komt gelukkig steeds meer het centrum te staan van de klimaatstrijd. Maar de paar miljoen die nodig is voor de satellietregistratie van de bossen is dan weer nergens te vinden. Ministeries van VROM en Ontwikkelingssamenwerking reageren niet pro-actief – om onduidelijke redenen. We hebben zitten brainstormen hoe deze impasse te doorbreken en waar mogelijk meer geld te vinden zal zijn.
Ik heb net het boek Zes Graden – onze toekomst op een warmere planeet van Mark Lynas uitgelezen. Het is een indrukwekkend en beangstigend boek. Lynas beschrijft in een kleine 300 pagina’s in zes achtereenvolgende hoofdstukken wat de wereld te wachten staat bij een opwarming van één graad, twee graden, drie graden, tot en met zes graden opwarming. Zes graden is de voorspelde opwarming aan het einde van deze eeuw als we niet snel tot een wereldwijde reductie van de CO2-uitstoot komen. Hij heeft voor dit boek alle wetenschappelijke studies verzameld die hij kon vinden over effecten van de opwarming. Lynas neemt de lezer mee over alle continenten en beschrijft steeds minutieus wat de voorspelde gevolgen zijn. Overtuigend toont hij aan dat twee graden opwarming echt wel het maximum is wat de mensheid kan verdragen. Ook dan zijn de effecten overigens al zeer ingrijpend: oogsten krimpen, de Noordpool smelt, orkanen razen over het land. Mark Lynas beschrijft hoe bij een stijging vanaf drie graden het waarschijnlijk niet meer mogelijk is de temperatuur te stabiliseren maar dat het klimaat dan goed op hol kan slaan naar zes graden stijging. Bij drie graden stijging dreigt de ondergang van de Amazone en daarbij zou zoveel CO2 vrijkomen dat dit onverbiddelijk leidt tot vier graden stijging. Op dat nivo dreigen de immense veengebieden in Siberië en Canada te smelten waarbij heel veel methaan in de lucht komt, een zeer krachtig broeikasgas. Hierdoor zou de temperatuur weer onvermijdelijk naar vijf graden stijgen – en zo verder. Bij een stijging met zes graden is de aarde welhaast onleefbaar geworden. Het boek Zes graden verschijnt in de serie www.hitte.nu en is te koop voor slechts vijf euro.
Vorige week was ik in Engeland. Daar pikte ik nog op dat premier Brown z’n kabinet op een heel verstandige manier herschikt heeft. Hij creëerde een nieuw ministerie: ‘Department of Energy and Climate Change’. Bij ons is minister Cramer (VROM) verantwoordelijk voor klimaatbeleid, maar minister Van der Hoeven (EZ) voor energiebeleid. Dat is verdeel en heers. De handige Van der Hoeven heeft sinds haar aantreden ook subtiel landjepik gedaan. Inmiddels gaat zij bijvoorbeeld over de nieuwe kolencentrales, en niet langer minister Cramer. Een ministerie van ‘Energie en klimaatverandering’: we missen het node in Nederland.