De veenmol is een krekel die op de Rode Lijst van bedreigde diersoorten staat. Die moet dus beschermd worden. Maar tegelijkertijd is er een middel in de handel dat speciaal kan worden ingezet om veenmollen te bestrijden, voor tuinders en particulieren die 'last' hebben van dit gangengravende insect. Dat is een rare situatie, vindt de Partij voor de Dieren. Daarom moet de minister van LNV opheldering van zaken geven. Bioloog Kees Beaart uit Lekkerkerk is de ontdekker van deze tegenstrijdigheid.
De veenmol is geen mol, maar een insect van 4 à 5 cm met stevige graafpoten. Hij is verwant aan de krekels. Het lichaam is bruin van kleur en fluweelachtig behaard. Het dier heeft twee paar vleugels: de voorvleugels reiken tot halverwege het achterlijf en de achtervleugels tot aan of voorbij de achterlijfspunt.
Net als sprinkhanen en krekels zingen de mannetjes van de veenmol om vrouwtjes te lokken. Dit zingen bestaat uit een luid, laag en monotoon trillen, dat minutenlang wordt aangehouden. Veenmollen zingen op warme voorjaarsavonden vanuit de ingang van een holletje in de grond, vanaf de schemering tot diep in de nacht.
Doordat de veenmol soms plantenwortels eet kan hij enige schade aanrichten in moestuintjes. Meestal valt deze schade erg mee en weegt de aanwezigheid van zo'n mooi en zeldzaam dier ruimschoots op tegen een knol of worteltje of minder.