Jerrel Pinas, communicatiemanager van het kantoor van het Wereld Natuur Fonds (WNF) in de Surinaamse hoofdstad Paramaribo is stellig in zijn opvatting. ,,Wij doen geen natuurbescherming voor de natuur zelf, maar voor de mens die er in zit'', zegt Pinas.
Zijn organisatie voert onder de naam WWF Guianas in Suriname en de buurlanden Guyana en Frans Guyana onder meer projecten uit ter bescherming van het regenwoud en tegen de vervuiling van de rivieren. Het WNF probeert daarbij de mensen duidelijk te maken dat ze baat hebben bij de acties, ook in economisch opzicht.
,,Sinds de oprichting van het Wereld Natuur Fonds in 1961 voeren we in de Guyanas projecten uit'', zegt Pinas in het ruim bemeten kantoor in de Henck Arronstraat in Paramaribo. ,,Uit ad hoc-acties ontstond de behoefte een permanente vestiging voor de Guyanas te openen. In 1998 is dat gebeurd.''
Het WNF boekte baarde aanvankelijk vooral opzien met projecten ter bescherming van zeeschildpadden, die elk jaar in grote aantallen op stranden van de Guyanas kruipen om hun eieren te leggen. Seizoensarbeiders helpen bij het toezicht op de legstranden. Ze krijgen een subsidie voor het toezien dat er geen eieren worden geraapt, want dat is verboden.
Een ander actiepunt is het stimuleren van een duurzaam bosbeheer. ,,We proberen middelgrote bedrijven te helpen bij het opzetten van verbeterde beheerplannen'', laat Pinas weten. Medewerkers van het Instituut Tropenbos geven trainingen om te bereiken dat zo weinig mogelijk schade aan het bos wordt toegebracht. ,,Een goede planning is daarbij heel belangrijk. Voor de bedrijven is het ook goed als de schade afneemt. Ze maken dan minder kosten aan bijvooreeld het verslepen van bomen en aan kapuren.''
Volgens Pinas is in Suriname geen sprake van ernstige ontbossing, zoals in buurland Brazilië wel het geval is. ,,De bevolking in Suriname is relatief klein. Bovendien zijn er geen grote afzetmarkten en herstellen onze bossen zich door de luchtgesteldheid en de bodemsoort redelijk snel. Een paar jaar na de kap is er weer laagbos.''
Onder het bossenproject van WWF Guianas valt ook de aandacht voor het gebruik van kwik bij de goudwinning. Pinas noemt de situatie in de Surinaamse rivieren ,,alarmerend''. Bij de kleinschalige goudwinning komt nog altijd veel kwik vrij. ,,Dit is niet alleen schadelijk voor de werknemers, maar ook voor de vissen en de mensen die de vis weer opeten. Bovendien loopt de drinkwatervoorziening gevaar.''
Hij legt uit dat de grote bedrijven zich over het algemeen redelijk goed houden aan de milieuwetten en dat zijn organisatie daarom vooral de kleine en middelgrote ondernemingen in de goudexploitatie probeert te helpen met het verantwoordelijker werken met kwik. Een van de middelen daartoe is het het werken met gesloten systemen waardoor minder kwik in het milieu terechtkomt.
Pinas benadrukt dat het van groot belang is de goudzoekers goed voor te lichten over de gevaren van het werken met kwik. ,,Het kan helpen door de goudzoekers te wijzen van het effect van kwik op de gezondheid. Zeker als je zegt dat het mensen impotent kan maken.''