Werelderfgoed Natuur uitgebreid met drie gebieden
• 27-06-2011
• leestijd 2 minuten
© Ogasawara-eilanden
De Verenigde Naties (VN) hebben de Ningaloo Coast in Australië, de Ogasawara-eilanden in Japan en de meren van de Rift Valley (Bonde la Ufa) in Kenia op de lijst voor het Werelderfgoed Natuur geplaatst. De VN volgt daarmee het advies van IUCN (International Union for Conservation of Nature).
De Keniaanse meren Elementaita, Nakuru en Bogoria staan bekend om hun ongekende schoonheid en biodiversiteit. De drie meren maken onderdeel uit van een van ‘s werelds grootste vogeltrekroutes waar onder andere de roze pelikaan en de kleine flamingo veel voorkomt.
In het Ningaloo Reef leeft de grootste vissensoort ter wereld, de Walvishaai, naast meer dan 500 tropische vissoorten en 220 koraalsoorten. Er zwemmen ook zeeslangen, walvissen, zeeschildpadden en haaien rond. Van alle landen telt Australië de meeste gebieden op de lijst voor Werelderfgoed Natuur (Natural World Heritage Sites).
Ongeveer 1000 kilometer onder de grote Japanse eilanden liggen de Ogasawara-eilanden. Door hun geïsoleerde ligging ontwikkelt de natuur op de meer dan 30 eilanden zich onafhankelijk van andere gebieden. Het Ogasawara-gebied bevat meer dan 140 soorten planten en dieren die alleen hier voorkomen.
Sinds 2009 staat ook de Waddenzee op de Werelderfgoedlijst Natuur. IUCN wil een verbod op mijnbouw en olie- en gaswinning in natuurgebieden op de lijst voor Werelderfgoed omdat dit serieuze en onomkeerbare schade aan ’s werelds belangrijkste natuurgebieden aanricht.
Eerder deze week maakten de VN al bekend dat het natuurreservaat Río Plátano in Honduras en het Tropical Rainforest Heritage op Sumatra, Indonesië al op de List of World Heritage in Danger zijn geplaatst.
Bron: IUCN