Waterspreeuw duikt alleen in stromend water

De waterspreeuw is een van de weinige zangvogels die kan duiken en loopt letterlijk over de bodem. Maar hoe doet hij dat? 

Zijn lichaam is helemaal aangepast op het jagen in stromend water. Hij heeft een compacte bouw, zijn vleugels zijn voor een vogel relatief kort en hij heeft massieve botten, uniek onder vliegende vogels. Waterspreeuwen hebben het extra gewicht van massieve botten nodig om onderwater te kunnen blijven.  

Hij duikt naar beneden en loopt over de bodem op zoek naar waterinsecten. De vogel duikt door zijn lichaam naar voren te buigen waardoor hij door het water naar beneden wordt gedrukt.  

Zijn kleine vleugels, poten en korte staart helpen hem om zich eenmaal onderwater voort te bewegen. 

Door de druk van het stromende water wordt de vogel naar de bodem gedrukt en beweegt zich onderwater voort. Dit moet dan wel tegen de stroom in. De vogel heeft deze waterdruk dus nodig. Het is voor de waterspreeuw niet mogelijk effectief te duiken in stilstaand of langzaam stromend water.

De vogel versterkt het effect van de waterdruk door zijn korte staart omhoog te houden. Wanneer hij onderwater een insect te pakken heeft schiet de vogel op vanuit het water. Deze zwartbuikwaterspreeuw schiet op uit het water met zijn vangst.

Deze bouw heeft veel voordelen voor de vogel maar het nadeel is dat de vogel door zijn kleine vleugels en zware botten niet zo goed kan vliegen.

Er zijn twee soorten waterspreeuwen. De soort die het vaakst Nederland bezoekt, is de zwartbuikwaterspreeuw. De roodbuikwaterspreeuw komt minder vaak langs maar is desondanks de soort die wel eens een poging tot broeden in Nederland gedaan heeft. 

De zwartbuikspreeuw komt van nature voor in Noord-Europa en grote delen van Frankrijk. De roodbuikwaterspreeuw is een broedvogel van Brittannië, Ierland, Midden-Europa en België.