De ringslang leeft in waterrijk gebied. Deze liggen vooral op zandgronden en op de overgangen van zandgrond naar veen- en kleigronden. Grote oppervlaktes laag gelegen, nat gebied worden vermeden, omdat vooral de ontwikkeling van de eieren en de overwintering in polders een probleem vormen. Ringslangen zonnen vaak op dijkjes in de buurt van water, waar ze jagen op amfibieën en soms andere dieren, zoals ook vissen. Ze zijn zeer bij de les, dus probeer voorzichtig te lopen en altijd een en klein stukje voor je uit te kijken als je ze wilt zien.
Composthopen
De ringslang legt veel eieren. Tot wel 30 aan toe. Deze legt zij het liefst in compost- en bladhopen. Vaak zijn dit dus kunstmatig gecreëerde plekken en over de natuurlijke eiafzetplekken is maar weinig bekend. Waarschijnlijk zijn dit hopen bij elkaar gespoeld organisch materiaal. Leven er ringslangen bij je in de buurt en wil je ze helpen? Broeihopen van mest of compost zijn succesvolle manieren om ze bij de voortplanting te helpen.
Met dank aan
Nature Today!