Stichting Wakker Dier beleeft zaterdag haar tv-primeur tegen de dieronvriendelijke kiloknaller. Wakker Dier, bekend om haar radiospots, laat daarmee voor het eerst het dierenleed achter de kiloknaller zien op tv: dé plek waar supermarkten als C1000, AH en Super de Boer nu nog met miljoenenbudgetten hun vleespromoties slijten. “Als mensen na een kiloknaller-commercial onze tv-spot zien met het dierenleed achter de wegwerpprijs, dan zullen ze zich toch achter de oren krabben,” aldus een woordvoerder van Wakker Dier. Wakker Dier start a.s. zaterdag met een vijftal tv-spots via Socutera. De spots zijn een voorproefje van een grote tv-campagne tegen de kiloknaller in augustus. De campagne tegen de kiloknaller slaat duidelijk aan onder het publiek. Jarenlang nam het aantal kiloknallers – vlees goedkoper dan kattenvoer - toe. Maar na de start van de kiloknallercampagne in 2010, is het aanbod kiloknallers gekelderd met 34%. Het aanbod diervriendelijke aanbiedingen steeg met 73%. De verkoop van biologisch vlees nam in een jaar met 32% toe.
Vorig jaar startte Wakker Dier haar kiloknaller-campagne met ‘de Kattenvoerprijs’: over de periode van week 11 tot en met week 22 werden alle vleesverkopen in kaart gebracht en geanalyseerd. Daarbij werd gemeten welke van de 10 grootste supermarktketens het vaakst vlees aanbood onder de gemiddelde kiloprijs van kattenvoer (€4,12). C1000 ‘won’ de Kattenvoerprijs: 250 bijtende radiospots. Vlees dat voor een lagere prijs wordt verkocht dan het slachtafval waarvan kattenvoer wordt gemaakt, kan gewoon niet fatsoenlijk geproduceerd worden. Boeren worden door de extreme focus op lage prijzen gedwongen dieronvriendelijk te werken. De campagne werd gekozen tot beste dierencampagne van 2010.
Supermarkten stunten enorm met vlees als ‘traffic builder’: extreem goedkope aanbiedingen, vaak zelfs beneden inkoopprijs, om klanten te lokken. Mede hierdoor daalde de gemiddelde prijs van een kilo varkenskarbonade in supermarkten tussen 1995 en 2008 van €6,35 naar €5,35. Dit terwijl deze prijs alleen al om de inflatie te compenseren had moeten stijgen naar €8,25. Op korte termijn kopen supermarkten dan niet altijd dieronvriendelijker in; ook C1000 verweert zich met dit argument. Maar op de lange termijn ontstaat echter steeds meer druk op een lage inkoopprijs en worden boeren gedwongen nog goedkoper te produceren, ten koste van dierenwelzijn. Daarnaast worden consumenten zo opgevoed dat deze extreem lage vleesprijzen normaal zijn; ze worden prijsgevoeliger in plaats van kwaliteitsgevoelig . De weerstand tegen het stunten met vlees is echter breed: boeren, slagers, slachterijen, politiek en dierenorganisaties zijn eensgezind in hun weerzin tegen de kiloknaller.