Advocaat van de natuur en spreekbuis van het milieu.

Vraagbaak: wat zit er in mijn insectenhotel? Met instructies!

  •  
03-04-2020
  •  
leestijd 6 minuten
  •  
7391 keer bekeken
  •  
meconium 1 IMG_0978ts92tr gehoornde metselbij Osmia cornuta man©P. van Breugel Veghel

Mannetje van de gehoornde metselbij

© P. van Breugel Veghel

Terwijl wij op dit moment het beste binnen kunnen blijven, zoeken de insecten juist in deze periode van het jaar druk naar woonruimte. Met een insectenhotel in je tuin of op je balkon kun je ze daarbij een handje helpen.
Hartstikke leuk want zo lok je ook nog eens allerlei mooie beestjes én kun je de biodiversiteit stimuleren. Het helpt insecten schuilen voor slecht weer, geeft ruimte voor het leggen van eitjes en biedt ze een uiteindelijk ook weer een plek om te overwinteren.

Deze week in de vraagbaak een vraag van Michèle van den Berg, die zich afvroeg wat voor wittig spul er in haar insectenhotel zat. Ook vroeg ze zich af hoe ze nou nog meer insecten in haar hotelletje kon uitnodigen. Deze vraag wordt zondag in de uitzending beantwoord door Pieter van Breugel, insectenhotelspecialist!
PHOTO-2020-03-31-14-21-10

Wat is dat witte spul?

© Michèle van den Berg

Wil je ondertussen al aan de slag? Hieronder instructies van Remi van Beekum, die uitlegt hoe je een insectenhotel maakt zonder dat je daarvoor naar de bouwmarkt hoeft. En tot slot nog wat tips van Pieter van Breugel. Succes!

Benodigdheden

Afbeelding1

Dit heb je nodig

© Remi van Beekum

Eigenlijk heb je geen bouwtekening nodig. Afhankelijk van de stukken hout die je nog ergens hebt liggen, mag het onderkomen best wat groter of kleiner worden. Daar doen de insecten helemaal niet moeilijk over. Het maakt ook niet uit als je insectenhotel niet perfect in elkaar zit, want een paar kiertjes hier en daar bieden de insecten alleen maar extra plek om in te kruipen. Ze houden niet van verf en lijm, dus kies natuurlijk hout. Wat we nodig hebben:
- Een plank voor de achterkant en het dak, het liefst tussen 2 en 3 cm dik en tussen 18 en 25 centimeter breed
- Een plank voor de rest van het hotel, het liefst tussen 1 en 1,5 cm dik en tussen 10 en 15 centimeter breed
- Wat spijkers of schroeven; als je geen roestplekken wilt, neem je verzinkte
- Een zaag
- Een potlood
- Een rolmaat of liniaal
- Een hamer
- Een schroevendraaier
- Een accuboormachine met een boortje van 2 a 3 millimeter helpt
- De juiste vulling (zie ‘Je juiste vulling voor de juiste insecten’ verderop)

De achterkant

We beginnen met de achterkant. De achterplank moet de vorm van een huisje krijgen. Dus aan de bovenkant moeten we twee diagonale punten aftekenen en afzagen. De makkelijkste manier om dat te doen: Meet de breedte van de plank en deel die door twee. Meet nu vanaf de hoeken die afstand langs de zijden naar beneden en zet daar een streepje. Meet ook aan de bovenkant van de plank die afstand en zet daar, in het midden dus, ook een streepje. Leg nu je zaag langs twee van de streepjes. Als het goed is ligt hij nu op 90 graden (zo niet, dan even opnieuw meten). Je kunt er nu met je potlood een streep langs trekken. Zaag de twee hoeken eraf en je hebt een perfecte achterplaat voor je insectenhotel.

Het dak

Ook het dak kun je het beste maken van de dikke plank van 2 a 3 centimeter dik. De truc hier is dat je wilt dat het dak aan de voorkant een beetje uitsteekt, zodat het niet zomaar kan inregenen. Om te bepalen hoe dat precies uit komt kun je het beste de smalle plank die straks de zijmuren gaat vormen vast tegen de achterkant zetten. Leg je dikke plank nu op de schuin gezaagde delen bovenop (het dak steunt dus op de achterkant) en kijk of hij enkele centimeters over de smalle plank heen komt. Is het onvoldoende, dan kun je de plank waarschijnlijk beter in de breedte in plaats van in de lengte gebruiken.
De twee dakdelen worden niet even groot, omdat de ene over de andere heenloopt bovenaan. Bij het aftekenen tel je daarom aan een kant eenvoudig de dikte van de plank op bij de gewenste lengte en je komt goed uit. Dus als je een plank van 2 cm dik hebt, zaag je bijvoorbeeld een kant van 15 cm en de andere van 17 cm.

De zijkanten, boven- en tussenschoten

Afhankelijk van hoeveel kamers je in je insectenhotel wilt, hoeveel hout je hebt en hoe het je dus uitkomt, kun je tussenschotten maken. Alles is hier geoorloofd. Waar je wel op moet letten: het tussenschot moet zo lang worden als de breedte van de achterplaat, min twee zijkanten. Dus als je de dikte van de plank twee keer van de breedte van de achterkant afhaalt, heb je de lengte van de drie horizontale planken.
De verticale schotten werken hetzelfde. Neem de hoogte van de zijkant en haal daar drie keer de dikte van de plank van af. Zaag op die maat de twee verticale schotten.

Zet je bouwpakket in elkaar

insectenhotel

Als het goed is heb je inmiddels 10 plankjes voor je liggen die samen een insectenhotel-bouwpakket vormen: een achterkant, twee dakhelften, twee zijkanten, drie horizontale plankjes, twee ver

© Remi van Beekum

Nu is het tijd om het hotel in elkaar te zetten. Daarbij werk je van binnen naar buiten. Begin met het vastmaken van de kleinste (verticale) plankjes aan de drie horizontale planken. Bevestig dit geheel vervolgens tussen de twee zijmuren en je hebt al vier kamers waar straks de bijen, vlinders en lieveheersbeestjes komen. Schroef nu vanaf de achterkant de achtermuur tegen de vier kamers. Omdat je nu bij de dikke planken aangekomen bent, kan het helpen om voor te boren met een klein boortje. In dat geval boor je alleen de achterplaat en het dak door, niet de plankjes waar je het aan bevestigt. Daardoor kan de schroef straks makkelijker door de eerste plank dan door de tweede, waardoor hij de eerste plank met z’n kop goed kan aantrekken en er geen kieren ontstaan. Als het goed is kan je insectenhotel nu rechtop staan.
Pak nu het korte dakdeel en leg dat precies tot aan de punt van de achtermuur aan één kant en schroef het vast aan de achtermuur en de zijmuur. Het iets langere dakdeel leg je vervolgens net wat hoger, zodat het over het eerste dakdeel heen valt. Schroef dit deel vast aan de achterkant, de zijmuur en het andere dakdeel.
Afbeelding4

Insectenhotel

© Remi van Beekum

Afwerken en vullen

Je kunt ervoor kiezen je insectenhotel nog wat extra te beschermen tegen weer en wind. Om dat zo natuurlijk mogelijk te houden en de insecten niet te verjagen moet je dat spaarzaam doen, bijvoorbeeld alleen het dak. Sommigen adviseren zelfs het helemaal niet te doen om de insecten niet te verjagen. Doe je het toch, gebruik dan uiteraard milieu- en diervriendelijke verf.

De juiste vulling voor de juiste insecten
Tot slot vul je je insectenhotel met verschillende materialen, waar verschillende insecten op af komen. Dat is belangrijk, want verschillende bijensoorten houden van andere dingen en ook gaasvliegen en oorwurmen hebben weer andere eisen. Kortom: een bijenhotel is wat anders dan een vlinderhuisje. De juiste inrichting lokt de juiste hotelgasten.

Bamboe, holle takken en riet voor bijen en graafwespen
Solitaire bijen en metselbijen zijn gek op holle takken, bamboe en riet. Het beste kun je wat verschillende diktes door elkaar gebruiken.
Ook graafwespen houden van holle takken. Maar willen daar nog graag zelf een holte in graven. Om deze nuttige insecten, ook graafwespen eten luizen en bestuiven planten, te lokken kun je takken met een zachte binnenkant gebruiken. Waarschijnlijk kom je die bij snoeiwerkzaamheden in de tuin vanzelf tegen. Riet kun je bij de meeste sloten vinden. Knip een paar rietstengels af en hang die een paar dagen te drogen. Daarna zijn ze ideaal om tussen de bamboe te drukken om die vast te klemmen. Blijf er riet in drukken tot alle bamboe stevig vast zit.

Boorgaten in hout voor solitaire bijen en metselbijen
Klem een massief stuk eikenhout in je hotel waar je gaten in boort van verschillende diktes tussen de 2 en 9 mm. Zo creëer je schuilplaatsen voor solitaire bijen en metselbijen. Er zijn maar weinig soorten wespen en bijen die in merg van takken nestelen. De meeste soorten die bovengronds nestelen gebruiken bestaande gangen van 1,5 tot 5 mm.

Er zijn ook andere ontwerpen mogelijk, zolang er maar geschikte gangetjes inzitten. Ter inspiratie een paar voorbeelden van Pieter van Breugel:

Tot slot

opname 3 P1130680ttr blik met (verlijmde) bamboe ©P. van Breugel Veghel

blik met (verlijmde) bamboe

© P. van Breugel Veghel

opname 2 DSC02787corttr nesthulp chique ©P. van Breugel Veghel

Nesthulp

© P. van Breugel Veghel

foto 4 DSC06816ttr gevulde duocassettes ©P. van Breugel Veghel

gevulde 'duocassettes'

© P. van Breugel Veghel

Locatie, locatie, locatie!
De beste plaats voor een insectenhotel is op het zuiden minimaal op kniehoogte. Een plek waar de regen en wind er weinig vat op hebben is helemaal ideaal. Laat het insectenhotel vervolgens hangen waar het hangt om insecten niet onnodig (vroeg) wakker te maken of te verstoren.

Je insectenhotel onderhouden
Het onderhoud van een insectenhotel is simpel. Schoonmaken hoeft niet en zou schadelijk kunnen zijn voor eventuele eitjes of insecten die in het hotel zitten. Controleer in de lente altijd even de materialen. Soms kunnen er toch dingen uit waaien of heeft een overijverige vogel een deel van je insectenhotel gebruikt om een nest mee te maken.

Voila! Je insectenhotel is geopend. Wil je je meer verdiepen in je gasten? Kijk dan eens op deze website waar je Pieters boek 'Gasten van bijenhotels' kunt downloaden.

Bron: EIS Kenniscentrum, Vlinderstichting
gebruikers 2 IMG_4450ts90tr tronkenbij Heriades truncorum voor riet ©P. van Breugel Veghel

tronkenbij

© P. van Breugel Veghel

Meer over:

insectenhotel
Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.

BNNVARA LogoWij zijn voor