Vogelliefhebbers hebben afgelopen weekend in totaal 510 ooievaars geteld. Volgens Stichting Ooievaars, Research en Knowhow (STORK) heeft een oproep van Prof. mr. Pieter van Vollenhoven om dit weekend mee te doen aan de wintertelling van de vogels, geleid tot veel reacties. Dat meldde de stichting maandag. De waarnemers gaven de ooievaars door op
www.waarneming.nl, via e-mail of telefonisch.
De meeste ooievaars werden geteld bij het voormalige ooievaarsstation De Wijk bij Meppel, namelijk 133. In Den Haag telden de waarnemers in totaal 37 exemplaren, deze groep overwintert hier al jaren. Bij zowel Akmarijp en Safaripark Beekse Bergen zit een groep van 32 ooievaars. Bij Rossum zijn 24 overwinteraars gemeld en bij Lelystad 23.
Veel overwinterende ooievaars zijn in de buurt van hun nest gebleven. Ze kennen die omgeving en weten, zolang het zacht weer blijft, waar ze voedsel kunnen vinden. Vaak wordt het nest als slaapplaats gebruikt. Uit afgelezen ringen blijkt dat de overwinterende ooievaars van alle leeftijden zijn. Door bijvoeren in de trektijd ervaren ooievaars geen dreigende voedselschaarste. Ze trekken niet weg en kunnen zo afhankelijk worden van mensen.
Aan de jaarlijkse telling van overwinterende ooievaars deden 225 waarnemers mee. Fors minder dan vorig jaar, toen ongeveer 400 tellers 520 ooievaars zagen. Dat kan invloed hebben op het totaal. Het aantal overwinterende ooievaars lijkt af te nemen. In 2012 werden er nog 653 ooievaars geteld. Dat kan komen door de milde winter.