Vleermuizen op het Zuidoost-Aziatische eiland Borneo gebruiken de kelken van vleesetende planten als overnachtingsplek. Het is voor het eerst dat wetenschappers hebben geregistreerd dat zoogdieren zich in de bekerplanten ophouden. Dat meldde de BBC woensdag.
De vleermuis en de plant profiteren van het samenleven: de vleermuis kan zich verstoppen in een plek waar geen parasieten voorkomen en de plant maakt gebruik van de stikstofrijke uitwerpselen van de bewoner. De bekerplanten lokken normaliter insecten de kelk in, zodat die in het vocht kunnen worden verteerd. De planten hebben de stikstof die in de insecten zit nodig om te kunnen groeien.
De wetenschappers, die hun werk publiceerden in het tijdschrift Biology Letters, stelden dat de onderzochte bekerplant (nepenthes rafflesiana elongata) in Borneo niet zo goed is in het vangen van insecten. Daardoor zijn unieke samenwerkingsverbanden ontstaan met zoogdieren. Eerder werd al waargenomen dat muizen de bekerplanten gebruiken om hun behoeften in te doen.
,,Het was volstrekt onverwacht om zoveel vleermuizen tegen te komen in de bekerplanten'', aldus onderzoeker Ulmar Grafe. ,,Dit is slechts een van de vele voorbeelden van symbiose tussen dieren en planten, die aantoont dat het uitsterven of verdwijnen van slechts een soort binnen een ecosysteem gevolgen kan hebben voor vele andere soorten.''
De verblijfplaats is voor de vleermuis toch ook wel riskant. Hij moet boven het vocht in de kelk blijven hangen, omdat het dier anders de kans loopt ook te worden opgegeten. Alles wat in het vocht valt wordt door de plant verteerd en gebruikt als voedingsstof.