Vissen op de Nieuwe Waterweg

Het Nederlandse oppervlaktewater is het slechtste van alle EU-landen, maakte het CBS vorige week bekend, onder andere door de aanwezigheid van zware metalen en andere verontreinigingen.

Rijkswaterstaat houdt die waterkwaliteit in de gaten. Dat doen ze onder meer door te kijken welke vissen er in de rijkswateren zwemmen en hoeveel, want vis is een goede indicator voor de waterkwaliteit. Tot voor kort werden alleen de zoete wateren bemonsterd, maar sinds 2011 kijkt Rijkswaterstaat ook wat er zwemt in de zoute Nieuwe Waterweg.

De Nieuwe Waterweg is een in 1872 gegraven verbinding tussen Hoek van Holland en Rotterdam om de haven daar beter bereikbaar te maken. Het is de grootste open verbinding tussen de zee en de grote rivieren. Daarmee is het water van levensbelang voor trekvis die vanuit zee de grote rivieren optrekt om te paaien, zoals de zalm. Die treft overal een dichte deur; alleen via de Nieuwe Waterweg kan hij de Rijn bereiken.

Daarom is het ook zo belangrijk dat de sluizen van het Haringvliet open gaan. Dat was een internationale afspraak, maar dit zogeheten Kierbesluit werd door voormalig landbouwminister Bleker van tafel geveegd als te duur. Inmiddels is die beslissing teruggedraaid en dat betekent dat de sluis alsnog op een kier gaat, overigens pas in 2018, omdat eerst compenserende maatregelen getroffen moeten worden.

Tot die tijd is vis die ons land binnen wil zwemmen, aangewezen op de Nieuwe Waterweg. Vis die de andere kant op wil, van zoet naar zout, zoals paling en de jonge zalm, heeft het iets makkelijker, omdat de afgesloten wateren bij hun dammen wel.