De
ransuil
(
Asio otus
) is een grote uil, die in heel Europa voorkomt, behalve op IJsland.
Opvallend aan het uiterlijk van de ransuil zijn met name zijn oorpluimen, die overigens geen echte oren zijn.
Net als de meeste uilen is ook de ransuil vooral actief als het donker is. De ransuil jaagt op knaagdieren en rustende vogels.
De ransuil komt voor in bosachtige gebieden met naaldbomen en open terreinen. In de winter verblijven ransuilen graag in elkaars gezelschap. In hun roestplaatsen, gemeenschappelijke slaapplaatsen in naaldbomen, struiken, knotwilgen of wilde hagen, rusten ze soms in grote groepen tot wel 100 exemplaren.
Ransuilen bouwen geen nesten, ’s zomers nestelen ze in de nesten van bv. kraaien of eksters, die verlaten zijn of waarvan de bewoners verjaagd worden.
Zolang er voedsel genoeg is blijft de ransuil op één plek, in andere gevallen gedraagt hij zich nomadisch.