Van de grote en helderblauw gekleurde Blauwe Morpho tot de nauwelijks zichtbare glasvleugelvlinder. Van de groene en behaarde rupsen tot de bruine cocons; de complete metamorfose van de rups tot vlinder is in het nieuwe vlinderpaviljoen in de Amsterdamse dierentuin Artis vanaf donderdag te bewonderen.
Woensdag opende Prinses Margriet, de beschermvrouwe van de Amsterdamse dierentuin, het nieuwe onderkomen door oranje vlinders los te laten. Het paviljoen biedt een thuis aan duizend vlinders, rupsen en cocons. Ook scharrelen er kwartels rond, omdat zij mieren bestrijden.
Artis-directeur Haig Balian is trots op het nieuwe onderkomen. ,,We hebben hier een plek gecreëerd waar je heel goed de wisselwerking kunt zien tussen plant en dier. Je wordt er zonder woorden geïnformeerd.'' In de tropische kas fladderen twintig verschillende vlindersoorten rond en zijn 36 verschillende planten te bewonderen. Vlinders zijn zeer selectief als het gaat om eten. Zo is er een bananenboom geplant speciaal voor de uilvlinder.
Balian heeft geen voorkeur voor een van de felgekleurde vlinders. ,,Ze zijn allemaal zo anders. Ieder met een eigen verhaal, maar het is geweldig om te zien dat zo'n kwetsbaar dier als de vlinder zich kan oppimpen tot iets stoers met al zijn camouflagetrucs.''
Naast de vlindertuin is er in het paviljoen ook een poppenkast, waar cocons zich rustig kunnen ontpoppen tot een prachtige vlinder. In het VlinderLab wordt onderzoek gedaan naar het gedrag van de dieren. Artis hoopt daar zelf een eigen kweek te kunnen opzetten met vlindereitjes. Nu komen kant-en-klare poppen uit tropische landen naar Amsterdam.