2016 heeft late tot zeer late herfst
• 06-11-2016
• leestijd 1 minuten

© Fotograaf: ChrisRuijter
Op basis van satelliet- en grondwaarnemingen blijkt dat we een late tot zeer late herfst hebben. De zeer warme september droeg sterk bij aan de vertraging. Veel zon en vrijwel geen vorst gaf intense kleuren. Door het rustige, droge weer bleef het verkleurde blad lang aan de boom hangen. Het groeiseizoen van 2016 is een van de langste ooit door de zeer vroege start en de late herfst.
De afgelopen week is de natuur volop in de herfststand gekomen. Het waren de wat lagere temperaturen rond 23 oktober die het proces van bladverkleuring en bladval een extra impuls hebben gegeven. De echte herfstkleuring liet lang op zich wachten door de zeer warme septembermaand. Met een gemiddelde temperatuur van 17,3 °C leek het een in vergelijking met vroeger een warme zomermaand. Uit eerder onderzoek blijkt dat de septembertemperatuur een belangrijke invloed te hebben op de snelheid van bladverkleuring.
Herfstkleuring meten met satelliet
Het verloop van de herfstkleuring is naast grondwaarnemingen ook goed waar te nemen met de
Groenmonitor
van Wageningen Environmental Research (Alterra). Drie keer per week maken satellieten van de Disaster Monitoring Constellation (DMC) van heel Nederland gedetailleerde foto’s met een resolutie van 25 bij 25 meter.
Bericht uitgegeven door De Natuurkalender en Wageningen University & Research op zondag 6 november 2016.