Tip: mol geen mollen

Omdat we onze tuinen bemesten en organisch verrijken lokken we de mollen naar onze tuin. Niet dat mollen van mest houden maar wel van de regenwormen die gelokt worden door die rijke tuinbodems. In zandgrond zul je weinig last hebben van mollen. Mollen zijn trouwens ook heel nuttig. Ze eten de door gazoneigenaren gehate engerlingen en ze helpen met name de merels aan regenwormen. Regenwormen ervaren de trillingen die de mollen ondergronds veroorzaken als bedreigend en kruipen naar de oppervlakte.

Maak er gebruik van
Druk de aarde van de molshoop niet de grond in maar maak er gebruik van. Het is mooie losgewoelde grond die kan dienen als zaaibed voor planten. Een beetje molshoop levert al snel een emmer aarde op. Je kunt de molshoop in een grasveld of wei ook gebruiken om ter plekke klaprozen of margrieten in te zaaien. Dat levert een fraai beeld op. Lees ook de tip zaaibedden voor mollen .

De mol is ontworpen om onder de grond te leven en te graven. De haren van de zwarte, fluweelachtige dichte vacht kunnen alle kanten uit bewegen. Met de grote tot graafhanden omgevormde voorpoten kan hij uitstekend kan graven. Veel ziet hij niet maar hij is niet blind. Hij heeft geen uitwendige oren want die zouden maar in de weg zitten.  

Tunnelsysteem
Mollen hebben een eigen territorium bestaande uit een tunnelsysteem en diverse kamers. In een kleine tuin is het onwaarschijnlijk dat er meer dan één mol aanwezig is. Een eerste reactie bij het zien van een vers gegraven molshoop is vaak gelijk de aarde terugdrukken! De mol reageert daar op met nieuwe hopen en kan als reactie zijn territorium uitbreiden. Is de mol eenmaal gesetteld en ligt zijn territorium vast dan heb je geen last meer van hem. Hij zal zijn gangenstelsel zelden verder uitbreiden dus er komen geen molshopen meer bij.

Lees onze tip: Leve de molshoop!

En luister naar een tuinman die van mollen houdt .

Waarnemingen van mollen en molshopen kun je doorgeven aan de Zoogdiervereniging.

Foto: Jan Oenema