Net als veel vogels zijn ook muizen dol op zaden. Bosmuizen en huismuizen zijn vaste bewoners van achtertuinen en komen ook in schuurtjes en houtstapels voor. Deze kleine knaagdiertjes eten van alles, zo ook de zaden in de tuin. Laat dus de uitgebloeide planten in het najaar staan. Muizen maken er dankbaar gebruik van en eten deze zaden op. Aangezien muizen geen winterslaap houden, hebben ze het hele jaar behoefte aan voedsel.
Alleseters
In de winter eten ze van het vogelvoer in de tuin, zelfs de vetbollen zijn niet veilig. Het zijn echte alleseters. Ze hebben een voorkeur voor granen, zaden, noten, wortelen, insecten, larven en wormen. Ze eten het liefst vet- en eiwitrijk voedsel. Huismuizen kunnen overleven zonder water te drinken, zolang het voedsel dat ze eten voor minstens 15 à 16 procent uit water bestaat.
Puntige snuit
De huismuis heeft een puntige snuit met een roze neusspiegel en lange snorharen. Verder heeft hij grote oren en ogen. De staart is bijna zo lang of langer dan zijn lijfje. Het is een goede knager, klimmer, springer en zwemmer. De beitelvormige voortanden stoppen niet met groeien. Door het knagen worden ze kort gehouden.