Tip: geef plant en dier water

Let er op dat planten en dieren genoeg water krijgen. De planten zullen niet zo snel dood gaan, die herstellen wel weer. Voor vogels en kleine zoogdieren is vers water van levensbelang zelfs na een heftige regenbui.

- Geef als de grond echt droog is en planten verslappen 1x per week een flinke hoeveelheid water. Tuinier je op zandgrond dat is het water snel verdwenen. Kies dan voor meerdere keren water geven. Liefst ’s ochtends vroeg direct aan de voet van de planten zelf.

- Vang regenwater op in een regenton. Het is gratis en heeft de temperatuur van de buitenomgeving (dat is beter voor de planten).

- Verwerk (eigen gemaakte) compost of humus in de grond tussen de planten. De bodem houdt langer vocht vast. 

- Zet de planten op de juiste plek in de tuin: zonaanbidders in de zon, schaduwplanten in de schaduw. Dat scheelt water geven.

- Zorg voor open bestrating van paden en terras waardoor het regenwater in de bodem kan zakken, zoals  grind boomschors, split of een graspad.

D rinkende egel - Fotograaf corineoste

- Geef vogels een plek waar ze kunnen badderen in de tuin of op het balkon

- Gebruik een ondiepe schaal (vogels zijn bang voor diep water)

- Plaats hem in de buurt van struiken zodat ze snel weg kunnen. Als ze nat zijn duurt het toch al langer.

- Geef iedere dag vers water.

Je helpt vogels niet alleen aan drinkwater maar ook aan schone veren. Om de veren isolerend en droog te houden poetsen vogels zichzelf regelmatig. Die poetsbeurt begint met een bad. Ze maken hun veren op die manier vochtig; zo kan het vet, afkomstig van hun eigen vetklier, beter over het verenkleed worden verspreid. Het invetten maakt het verenpak waterafstotend, zorgt ervoor dat de isolerende eigenschappen behouden blijven en misschien wel het belangrijkste: dat ze kunnen vliegen.