Nederlandse en Amerikaanse wetenschappers hebben mogelijk het oudste sterrenstelsel ooit gevonden. Ze zagen licht dat meer dan 13 miljard jaar geleden is uitgezonden en nu pas de aarde bereikt. Ter illustratie: licht legt per seconde een afstand van bijna 300.000 kilometer af. De ontdekking is dinsdag bekendgemaakt.
Het stelsel heeft de naam EGS-zs8-1 gekregen. Omdat het toen nog jong was, ontstaan er heel veel nieuwe sterren. Het tempo ligt ongeveer tachtig keer zo hoog als bij onze Melkweg.
Puzzel
Ten tijde van EGS-zs8-1 was het heelal pas 650 miljoen jaar oud. Er zijn eerder ook een paar sterrenstelsels uit die begintijd gevonden. De onderzoekers noemen dat ,,stukjes van de puzzel hoe de eerste sterrenstelsels zijn ontstaan''.
In de periode van EGS-zs8-1 onderging het heelal een cruciale verandering. Waterstof, het meest voorkomende element, kreeg een andere 'vingerafdruk'. Daardoor kon het heelal zich ontwikkelen tot wat we vandaag de dag overal zien.
Oerknal
Door zulke oeroude stelsels te bestuderen, kunnen wetenschappers dus begrijpen hoe het universum nu in elkaar zit. Maar hoe verder de astronomen terugkijken, hoe moeilijker dat wordt. Kort na de oerknal was het heelal namelijk een ondoorzichtige wolk, die het licht tegenhield. Dit worden de 'dark ages' genoemd.
Het onderzoek krijgt een duw in de rug als over een paar jaar een nieuwe ruimtetelescoop wordt gelanceerd, de James Webb. Die kan verder terugkijken in de geschiedenis dan zijn voorgangers, zoals de Hubble en de Spitzer, die bij het Nederlands-Amerikaanse onderzoek zijn gebruikt.