Stabilisatie opwarming van de aarde blijkt niet waar

Uit een studie van Amerikaanse onderzoekers blijkt dat de aangenomen stabilisatie van de opwarming van de aarde onterecht is. De onjuistheid komt voort uit een kleine meetafwijking in de boeien die sinds de eeuwwisseling steeds vaker bij klimaatonderzoek worden gebruikt om de temperatuur van zeewater te meten. Hierdoor leek het ten onrechte alsof de temperatuur van de wereldzeeën sinds 1998 minder snel steeg. De studie is gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Science Advances.

De temperatuur van zeewater werd tot 1998 gemeten door middel van meetinstallaties die aanwezig waren op schepen. Vanaf 1998 veranderde de meetmethode. Op steeds meer plaatsen werden de 'scheepsmetingen' vervangen door boeien in zee met sensoren en thermometers.

De wetenschappers van de Universiteit van Californië analyseerden alle metingen van de zeewatertemperatuur sinds 1950 en hieruit blijkt dat deze boeien zorgen voor een vertekend beeld van de zeewatertemperatuur. De geregistreerde temperaturen van de zeeboeien liggen namelijk gemiddeld genomen 0,06 graden Celsius lager. Uit een correctie op de metingen blijkt nu dat de gemiddelde temperatuur van het zeewater in de laatste 15 jaar met 0,12 graden steeg en niet slechts met 0,06 graden. Dit is hetzelfde tempo van opwarming van de aarde als voor 1998.

De resultaten valideren de uitkomsten van een onderzoek van vorig jaar. In deze studie van NOAA een Amerikaans klimaat onderzoeksbureau werd de minder snelle opwarming van de aarde ook als onjuist bestempeld. Toen werden de bevindingen echter met enorm veel scepsis ontvangen omdat ze zo onverwacht waren en 'tegen de stroom in gingen'.

Bron: NU.nl & Science Advances