Shakespeare op de hei
• 14-05-2014
• leestijd 2 minuten
Over de heide kun je in het voorjaar heerlijk wandelen. Maar ooit wel eens gedacht aan wat er zich onder je voeten afspeelt?
Volg het leven van insecten en een Shakespeareaans schouwspel ontvouwt zich. Er woeden guerrilla-oorlogen, allesoverheersende liefdes bloeien op, er worden gemene valstrikken gezet en een goede toekomst voor het nageslacht is prioriteit nummer één. Hieronder beschrijven we twee aktes, kijk het item voor meer.
Mierenleeuwlarve
De mierenleeuwlarve is bijna nooit te zien, hij graaft zich graag in. Hij vormt een soort kuiltje. Daar ligt hij stil te wachten tot bewegend zand de haartjes op zijn kop laten bewegen; waarschijnlijk is zijn prooi – de rode bosmier – gearriveerd. Hij schudt en gooit zand op, zodat de mier telkens verder de kuil in glijdt. Uiteindelijk grijpt hij zijn prooi met zijn grote kaken. De mierenleeuwjuffer (de volwassen vorm) is overigens ook bijna nooit te zien. Als ze uitkomen, vliegen ze gelijk hoog de bomen in.
Lentevuurspin
De derde week van april kun je op de heide een prachtig beestje voorbij zien schuifelen: de lentevuurspin. Het hele jaar woont het mannetje onder de grond in een buis, maar in de lente moet hij toch echt op zoek naar een vrouwtje. Zij blijft haar hele leven ondergronds, dus om een mannetje te lokken scheidt ze feromonen af. Het mannetje klimt op een grasspriet om met zijn pootjes haar luchtje op te vangen. In haar buis aangekomen, paren ze en daar maakt het wijfje ook een eipakket dat ze bewaakt. Als de jongen uitkomen voedt ze ze eerst met voedselsappen, daarna sterft ze. De jongen zuigen de moeder verder leeg en zwermen na enige tijd uit om verderop hun eigen woonbuizen te graven.
Met dank aan: EIS Nederland, Jinze Noordijk, Hans Nieuwenhuijsen, Marc de Winkel, Ad Brouwers, Piet Tutelaers, Nienke Mol, Rik Velhorst en Jap Smits.