Vergeten scholeksters, stoeptegels, poppenkast, fenolijn en overige radio-onderwerpen

Het gaat al jaren slecht met de scholekster, maar omdat de vogel later broedt dan andere weidevogels valt hij minder op. Het zenderproject CHIRP moet daar verandering inbrengen. In 2017 werden de eerste scholeksters gezenderd, inmiddels zijn dat er meer dan honderd. We zijn nu drie jaar verder: wat zijn we te weten gekomen?

19 jaar geleden bedacht Arnold van Vliet, van de Universiteit Wageningen, samen met Vroege Vogels, de Fenolijn. Onze vaste rubriek over de eerstelingen en laatstelingen in de natuur. Met de Natuurkalender zien we hoe het klimaat de natuur beïnvloed. We hebben nog nooit zo'n zachte winter meegemaakt meer wat gebeurt er als we nog een keer vorst krijgen in maart?

Verder werden er deze week IJslandse grutto’s, trekkende padden, nestelende futen en ook voorjaarspaddenstoelen gemeld op de Fenolijn. De fenolijn barst uit zijn voegen van de waarnemingen, deze week. En dat terwijl we de rubriek van de eerstelingen en laatstelingen . Luister zondag naar een selectie van de eerste- en laatstelingen op de Vroege Vogels fenolijn, op 035-6711338.

Stoeptegelspleetplant: een woord dat zo lang is dat het niet op een scrabble-bord past, maar toch in het leven is geroepen om de kleinste plantjes te omschrijven. Tussen stoeptegelspleten groeit niet alleen straatgras, maar ook allerlei ander moois. Midden in Rotterdam ging de bedenker van dit woord, Willemien Troelstra van FLORON, voor Vroege Vogels door de knieën om naar deze plantjes te kijken.

Frater Willibrordus was een groot vlinderliefhebber. Hij belde de fenolijn vaak met waarnemingen van vlinders en had zijn eigen ‘poppenkast’, die hij gebruikte om koninginnepages te kweken. Aan wandelaars op landgoed Oostbroek liet hij maar al te graag de poppen en rupsen van de vlinder zien. Boswachter Joris Hellevoort van het Utrechts Landschap heeft de poppenkast van de frater overgenomen. En hij hoopt eigenlijk een opvolger te vinden, iemand die er weer mee aan de slag gaat. Kars Veling van de Vlinderstichting werkte dertig jaar geleden al samen met de Frater, die toen nog ‘vlindervrijwilliger’ was. Samen hebben ze een favoriete vlinder, het oranjetipje.

Ruim vijf maanden geleden overleed hij: onze vaste fenolijnbeller Frater Willibrordus. Hij was een graag geziene gast hier op landgoed Oostbroek in De Bilt. Het fraterhuis waar hij woonde, ligt hier op zo’n anderhalve kilometer vandaan. Verslaggever Henny Radstaak loopt met twee andere fraters de route die Willibrordus vele malen afgelegd moet hebben.