Grootschalige, extensieve schelpdierkweek langs de Nederlandse kust kan hand in hand gaan met natuur, of die zelfs versterken. Dat kan leiden tot een duurzame exploitatie van oesters, mosselen en andere schelpdieren, voor een toenemende vraag op de wereldmarkt, en tegelijk tot grote leefgebieden voor wadvogels en andere organismen. Met die overtuiging aanvaardt Aad Smaal op 17 januari het ambt van buitengewoon hoogleraar Duurzame schelpdiercultuur aan Wageningen Universiteit.
Volgens Smaal biedt een geïntegreerde aanpak van kweek en natuur meer kansen voor zowel de toekomstige schelpdiercultuur in Nederland als voor natuurontwikkeling, dan een strikte scheiding van kweek en natuur. Want terwijl de visserijvangsten door overbevissing teruglopen, en viskweek voor het voer veelal afhankelijk is van visvangsten, heeft de kweek van schelpdieren het grote voordeel dat schelpdieren leven van plantaardig materiaal. Hierdoor is 'een synthese van activiteiten waarbij gezocht wordt naar synergie' mogelijk.
De schelpdiercultuur kan volgens Smaal zo worden ingericht dat natuurwaarden worden versterkt. Schelpdieren zijn namelijk de motor van de voedselkringloop in kustgebieden. Mosselen en oesters filteren fijne voedseldeeltjes uit het water, waardoor ze het water zuiveren. Tegelijkertijd vormen ze een voedselbron voor wadvogels als scholekster, strandloper en eidereend. Ook bieden de schelpdierbanken bestaansmogelijkheden voor talloze andere zeeorganismen zoals kreeftachtigen en anemonen. Door schelpdieren extensief te kweken, komen er meer schelpdieren en is bovendien hun gewicht groter. Op die manier is het aanbod voor vogels groter, wordt de filtrerende werking van de schelpdieren versterkt en ontstaan er nog meer niches voor andere soorten. Uiteraard levert de schelpdiercultuur ook een hogere opbrengst op voor de kweker.
Nederland is de derde producent van schelpdieren in Europa. Terwijl de productie voor geheel Europa stabiel is, stijgt die sterk in opkomende landen als China. Smaal ziet voor Nederland een trendsettende rol weggelegd. 'Nederland kent een lange traditie van schelpdiercultuur, met producten van hoge kwaliteit, smaak en een uitstekend imago.' Daarom wijst hij de inheemse platte oester aan, die als eerste in aanmerking komt voor revitalisering. 'Herintroductie van de platte oester in de Waddenzee is logisch omdat er vroeger uitgebreide oesterbanken waren.'
Daarbij geldt wel dat extensieve schelpdiercultuur weliswaar aansluit bij natuurlijke processen, maar er ook afhankelijk van is. 'De kweker dient de grillen van de natuur te accepteren. Strenge winters, hete zomers, bewolkte zomers met weinig voedselproductie, het hoort er allemaal bij.' Daarbij rekent Smaal ook effecten van menselijk handelen zoals waterverontreiniging, rampen met olietankers, klimaatverandering en beperkende maatregelen vanuit recreatie en natuurbescherming.