Saskia Scholtze: De herfst
• 30-09-2010
• leestijd 3 minuten
De herfst is een jaargetijde waar ik dubbele gevoelens bij heb, een beetje tussen hangen en wurgen in eigenlijk. Aan de ene kant kan het weer heerlijk zijn, een onverwacht zonnetje, temperaturen die je eigenlijk niet meer verwacht (en waar je je dus ook nooit op kunt kleden!), een langzaam ontstaande kleurenpracht om je heen, de aanloop naar de donkere dagen met veel kaarsjes en bijbehorende gezelligheid, de afsluiting van een jaar. Aan de andere kant echter heeft het ook een keerzijde. De dagen worden korter en donkerder, het jaar is alwèèr bijna om, de blaadjes vallen van de bomen en alles word kaal, het frisse groen veranderd in een onbestemde kleur bruinig groen dat weinig goeds beloofd, het is ’s morgens guur, het regent vaker.
Ik probeer de positieve dingen te blijven zien, maar dat valt niet altijd mee. Ik neig naar winterdepressie, dus ik blijf proberen de goeie dingen te vinden. Zo ’s morgens op de fiets, als het eigenlijk al te koud is om je bed uit te komen, probeer ik juist positieve dingen te zien. Vanmorgen viel me op dat er een prachtige nevel boven de weilanden lag. Zo in de verte een waas boven alles wat het een beetje een sprookjesachtige sfeer geeft. Her en der prachtige spinnenwebben die neveldruppeltjes gevangen hebben en zo een prachtig spookachtig beeld geven, helemaal Halloween. De ordinaire uitgebloeide paardebloemen krijgen opeens een koninklijke uitstraling met hun kronen gehuld in een mysterieuze waas. In de verte het paard in het weiland, dat verwonderd naar me staat te kijken en maar eens briest, een enorme stoomwolk veroorzakend met op de achtergrond een uitzicht dat langzaam verdwijnt in het niets. Het onbestemde groepje bomen dat je elke dag passeert, dat nu opeens een kleurrijk geheel vormt en iedere dag net een beetje anders is, zodat je je blìjft verwonderen. Zelfs het geluid om je heen is anders, stiller, gedempter.
Het ergste maar tegelijk ook het mooiste vind ik nog wel het trekken van de ganzen. Elk jaar opnieuw overvalt me een melancholisch gevoel op het moment dat ze weer aanstalten gaan maken om te vertrekken. Je hoort ze al opgewonden in de verte gakken naar elkaar: jongens, het is weer zover! Ze proberen eerst een paar keer uit hoe het is om formatie vliegen, maar onherroepelijk komt dan het moment dat ze werkelijk vertrekken. De krachtige lijven volgen elkaar in die mooie V-vorm en maken handig gebruik van elkaars luchtstroming. Ondertussen roepen ze naar beneden: dag mensen, we gaan weer, tot volgend jaar! Ik blijf altijd even stil staan om er naar te kijken (en om stiekem even te kijken of Niels Holgersson er bij is, je weet maar nooit). Als ik zeker weet dat niemand me ziet of hoort, roep ik stilletjes: leuk dat jullie er waren, ik zal jullie missen, tot gauw maar weer!
Ietwat somber ga ik weer over tot de orde van de dag en besef dat ik nu even vol moet houden, maar de ganzen hebben beloofd terug te komen zodra de belofte weer in de lucht hangt en dat maakt het wat makkelijker de donkere dagen tegemoet te zien.
Saskia Scholtze