Vandaag is het weer zo’n dag dat de vogelwereld op zijn kop staat. In de St. Pietersberg in Limburg is gisteren 22 november een superzeldzame rotskruiper ontdekt. Dit is voor het eerst sinds de winter van 1990/1991.
Laat in een groep doorgewinterde vogelaars de naam rotskruiper vallen en meteen begint iedereen enthousiast te vertellen over de laatste rotskruiper die Nederland wist te bereiken. In de winters van 1989/1990 en 1990/1991 overwinterde een rotskruiper op de Vrije Universiteit van Amsterdam. Zeer spectaculair destijds. Toen zei men al dat het waarschijnlijk heel veel jaren zou duren tot er weer eens eentje op zou duiken.
Gisterochtend ontdekte Arnold Meijer met zijn vrouw in de St. Pietersberg, alwaar oehoes zitten, een heuse rotskruiper. Natuurlijk de allermooiste plek waar je een rotskruiper wilt ontdekken. Vele vogelaars, zeker van de laatste generaties hebben een dagje vrij genomen van het werk om deze prachtvogel te aanschouwen.
De rotskruiper staat al vliegend afgebeeld op de rug van de ANWB Vogelgids van Europa. En terecht. Al vliegend komen de rood, zwart en wit getekende vleugels pas goed tot hun recht. Het is net een reuzenvlinder als hij vliegt. Zittend valt zijn overwegend grijze kleed veel minder op. Zeker als hij in zijn favoriete habitat, rotswanden in hooggebergte, tegen een grijze rots zit. In ons land is hij superzeldzaam met dat ene overwinterende exemplaar eind jaren tachtig. In België, waar meer steengroeven voorkomen, zijn ongeveer tien exemplaren bekend. Het zal nog wel even onrustig blijven in Limburg de komende tijd.
Tekst: Harvey van Diek, SOVON Vogelonderzoek Nederland
Foto: Kurt Kulac, GNU licentie