Regie ontbrak bij aanpak Q-koorts
• 23-11-2010
• leestijd 2 minuten
Had de overheid met eerder en doortastender ingrijpen bij de Q-koortsuitbraak kunnen voorkomen dat mensen ziek werden? Gert van Dijk, voorzitter van de commissie die de Q-koortsaanpak tussen 2005 en 2010 doorlichtte, blijft het antwoord schuldig op die vraag.
,,Men had doortastender kunnen en moeten optreden, maar we weten niet of de uitkomst dan anders was geweest'', zei Van Dijk maandag. Hij vindt het belangrijk dat wordt geleerd van hoe het nu is gegaan. ,,Nog 86 andere zoönosen, dierziekten die kunnen overspringen op de mens, kunnen ons elk moment treffen, dus het is belangrijk dat we hiervan leren.''
De provincie Noord-Brabant kreeg in 2007 te maken met een grote uitbraak van Q-koorts. Hierna verspreidde de infectieziekte zich ook naar andere delen van het land. Vorig jaar werden ruim 2300 mensen ziek en overleden zes patiënten aan de besmetting.
Volgens de evaluatiecommissie Q-koorts ontbrak lang de regie en hielden het ministerie van Volksgezondheid (VWS) en het toenmalige ministerie van Landbouw te lang vast aan hun eigen aanpak. Relevante informatie tussen de instanties werd onvoldoende gecommuniceerd. Maatregelen lieten te lang op zich wachten, de ministeries wilden teveel zekerheid over de bron van de besmetting.
Een van de aanbevelingen is dat het ministerie van VWS en het Rijksinstituut Volksgezondheid en Milieu (RIVM) bij een toekomstige crisis de regie van de aanpak krijgen. VWS moet in dit soort gevallen kunnen doorpakken in het belang van de volksgezondheid. Bovendien moet de nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit (nVWA) onafhankelijk als crisismanager kunnen opereren.
LTO Nederland pleit in een reactie voor een nationaal centrum voor dierziektes die op mensen kunnen worden overgedragen. En wel voor een onafhankelijk instituut met gezag. Onder anderen deskundigen op het terrein van de humanitaire en van de dierlijke gezondheidszorg werken daarin samen. Bij een crisis kan het slagvaardig optreden.
De gemeenten en de gemeentelijke gezondheidsdiensten (GGD'en) zijn, net als de Tweede Kamer, blij met het rapport. Zij zien de aanbevelingen als steun in de rug. Volgens de commissie hebben de gemeenten bij de aanpak van Q-koorts te weinig steun kregen van de rijksoverheid. Die had doortastender moeten optreden. De gemeenten stellen dat betere afspraken moeten worden gemaakt over wie waarvoor verantwoordelijkheid is bij een epidemie als de Q-koorts. Ook mag de volksgezondheid nooit meer ondergeschikt zijn aan economische belangen of dierenwelzijn.
Commissaris van de Koningin in Noord-Brabant Wim van de Donk zegt dat de patstelling in de bestrijding van de Q-koorts pas werd doorbroken door druk van de gemeenten, GGD en de provincie.
Voor Michel van den Berg van de Stichting voor mensen met Q-koorts bewijst het rapport dat de overheid in gebreke is gebleven. ,,Het gevaar is ernstig onderschat. Als er niet was opgetreden, had Nederland aan de rand van de afgrond gestaan met duizenden doden.''
Bron ANP