Er zijn weer reekalfjes gesignaleerd. In april en mei zonderen de reegeiten zich af om te gaan werpen. Reekalfjes brengen hun eerste weken in geborgenheid door, maar zullen al snel de wereld gaan verkennen. In het begin zijn ze zeer kwetsbaar en volledig afhankelijk van hun moeder. Houd dus afstand!
Na de herfst en winter in kleine groepjes te hebben doorgebracht, zonderen reebokken en reegeiten zich in het voorjaar af. De reegeiten werpen dan hun jongen op een dicht begroeide, beschutte plek. Bij de wat oudere reegeiten bestaat de worp uit twee- of drielingen, jonge reegeiten werpen vaker één kalf. De reekalfjes hebben een bruine vacht met een wit stippenpatroon. Dit biedt een prima camouflage, omdat het zo net lijkt of er zonlicht door de bladertakken op de bosgrond schijnt.
Jonge reekalfjes zijn zeer afhankelijk van hun moeder. Die moet er zelf grote delen van de dag op uit om voedsel te zoeken. In de tussentijd blijft het kalfje, dat na de geboorte vrijwel reukloos is, stil in het beschutte leger achter. De reegeit zoogt het kalfje in het begin zo’n zes tot tien keer per dag en als het kalf ouder wordt nog twee tot drie keer. Volwassen reeën eten makkelijk af te breken plantendelen, zoals grassen, heide, kruiden, knoppen en twijgen. Als de reekalveren ongeveer twee maanden oud zijn, kunnen zij ook groene, sappige planten gaan eten.
Vanaf half juli breekt een nieuwe bronsttijd aan. Reegeiten gaan op zoek naar het territorium van een reebok, en dus zullen de kalveren hun eigen weg moeten gaan. In het najaar vormen de reeën opnieuw kleine groepjes. In deze ‘sprongen’ neemt een oudere, dominante reegeit doorgaans de leiding. Het voordeel van een sprong is dat er meer ogen en oren zijn om gevaar op te merken.
Het komt wel eens voor dat wandelaars een reekalfje zien liggen. Mocht u er één aantreffen, houd dan afstand, zodat er geen menselijke geur in de buurt van het kalf komt. Die zou de moeder kunnen afschrikken, want reegeiten zijn zeer alert voor gevaar. Ook honden kunt u het beste aangelijnd houden in gebieden waar reeën voorkomen.