Rapport: Wadden dreigen deze eeuw nog te 'verdrinken'

De Waddenzee kan eind deze eeuw permanent onder water komen te staan. Dit is sneller dan verwacht. Uit een nieuw rapport blijkt dat de na-effecten van gas- en zoutwinning en de versnelde smelting van ijskappen een rol spelen bij het stijgende waterpeil.

Het rapport is opgesteld in opdracht van de Waddenvereniging. Met het rapport waarschuwt de Waddenvereniging voor de totale 'verdrinking' van het gebied. De zandplaten van de Wadden vallen nu nog twee keer per dag droog. Het natuurgebied trekt onder andere grote groepen trekvogels die hun voedsel vinden op de drooggevallen wadplaten. Het is desastreus voor bepaalde flora en fauna als het gebied niet meer droog komt te liggen.

De modellen voor de zeespiegelstijging zijn op basis van nieuwe inzichten naar boven bijgesteld. In plaats van de tientallen centimeters zeespiegelstijging waar eerder rekening mee werd gehouden, wordt er nu gedacht dat de zeespiegel met enkele meters zal stijgen eind deze eeuw.

De winning van delfstoffen in het Waddengebied heeft er voor gezorgd dat de bodem sneller zakt dan normaal. Volgens de onderzoekers in het rapport is er te weinig rekening gehouden met de langetermijneffecten van boringen. Door de bodemdaling is de relatieve stijging van de zeespiegel nog groter.

"Alleen onder optelling van de meest optimistische scenario's voor zeespiegelstijging, sedimentatie en bodemdaling kan verdrinking worden voorkomen en de Waddenzee ook op lange termijn behouden blijven", schrijven de onderzoekers in het rapport. Het naleven van het klimaatakkoord van Parijs kan bijvoorbeeld de stijging van de zeespiegel halveren.

De eerste concrete stap om de verdrinking tegen te gaan is volgens de Waddenvereniging om zo snel mogelijk te stoppen met activiteiten die voor extra bodemdaling zorgen. Op de website www.geeftegengas.nl kan iedereen zijn steun voor het stoppen van gaswinning in het gebied kenbaar kan maken.

De Waddenvereniging legt de belangrijkste onderzoeksresultaten uit in een filmpje:

Bron: ANP, NOS, Waddenvereniging