Pterosauriërs, de grootste vliegende dieren die ooit hebben geleefd, waren in staat om maarliefst 16.000 kilometer aan één stuk te vliegen. Dat blijkt uit een nieuwe studie van Amerikaanse paleontologen. Pterosauriërs lieten zich bij het vliegen waarschijnlijk voortduwen door stijgende luchtstromen. De dieren profiteerden daarbij van hun vleugels met een spanwijdte die kon oplopen tot 10 meter. Door hun grote zweefvermogen konden de dieren rond de 16.000 kilometer per vlucht afleggen.