Niet alleen in zeeën en oceanen maar ook in binnenwateren ondervinden organismen nadelige effecten van plastic nanodeeltjes. Zulke deeltjes remmen de groei van algen, veroorzaken misvormingen van watervlooien en verstoren de communicatie tussen kleine organismen en vissen. Dat is de uitkomst van onderzoek van Wageningen University en IMARES, onderdeel van Wageningen UR, gepubliceerd in het laatste nummer van Environmental Science and Technology.
Onderzoek
Tot dusver is er nog weinig onderzoek gedaan naar gehaltes en effecten van plastic in het zoetwatermilieu. “Belangrijke bronnen van plastic bevinden zich op het land, en dus is het belangrijk om ook daar te kijken naar effecten van plastic” aldus prof. Bart Koelmans, leider van de onderzoeksgroep van Wageningen University en IMARES: “Het is bekend dat nanoplastic deeltjes kunnen vrijkomen bij verschillende processen, zoals bij ‘thermal cutting’ van plastics, 3D printen, en door slijtage van kleine plastic deeltjes door het schuren met zand, een proces dat dus waarschijnlijk ook gewoon in de natuur optreedt”.
Effecten
In het onderzoek naar de effecten van de superkleine plastic deeltjes in zoet water stelden promotie-onderzoekster Ellen Besseling en studente Bo Wang watervlooien bloot aan diverse concentraties nanoplastic. Bij de hogere concentraties nam de groei van de algen af. Watervlooien bleken kleiner te zijn als ze waren blootgesteld aan nanoplastic, en hun nakomelingen vertoonden allerlei misvormingen.