Plantenbloei ruim maand later dan in 2008
• 21-02-2010
• leestijd 2 minuten
Hilversum, 21 februari - Speenkruid zal volgens de verwachting van de Natuurkalender liefst vijftig dagen later bloeien dan in het recordjaar 2008. Door de kou van de afgelopen maanden komt de ontwikkeling in de natuur slechts traag op gang. Spectaculair is de achterstand op het extreem vroege 2008: gemiddeld bloeien veel soorten maar liefst 38 dagen later. Dat werd zondagochtend bekend gemaakt in het radioprogramma Vroege Vogels. Toch ligt de ontwikkeling in de natuur momenteel maar drie dagen achter op het gemiddelde van vóór 1988. Dit blijkt uit de waarnemingen van De Natuurkalender dat vandaag het officiële jaaroverzicht van 2009 publiceert op
www.natuurkalender.nl
.
De gemiddelde temperatuur sinds het begin van 2010 ligt ongeveer een graad lager dan tijdens de ook al koude start van 2009. Dit komt tot uiting in de beduidend tragere start van de natuur dit jaar. De bloei van vroege planten zoals hazelaar, els en gele kornoelje valt ongeveer twee weken later dan een jaar geleden. Vlinders en amfibieën laten zich tot nu toe niet zien. Dit staat in schril contrast met de extreem vroege start van de natuur in 2008. De gele boterbloempjes van het speenkruid werden toen rond deze tijd al in ruim tweederde van het land in bloei gezien. Nu komen we nog niet verder dan een procent. Voor het speenkruid is de achterstand daarmee opgelopen tot naar verwachting 50 dagen. Veel dieren, waaronder vlinders, kikkers en padden, zijn momenteel nog volledig in rust.
De natuur komt daarmee ogenschijnlijk in 2010 laat tot zeer laat uit de winterrust. Door de waarnemingen van dit jaar echter te vergelijken met die van voor 1988, toen de temperatuur in Nederland begon te stijgen, blijkt dat de natuur gemiddeld maar drie dagen achter loopt op wat we vroeger normaal vonden.
Het jaaroverzicht 2009 van De Natuurkalender laat zien dat de ontwikkeling in de natuur het afgelopen jaar op een aantal punten bijzonder verlopen is. Na de relatief koude start van het jaar volgde een extreem warme lente waardoor veel planten tegelijkertijd in bloei kwamen en de bloei uitbundig was. Planten en vlinders liepen in de lente ruim twee weken voor op de normaal. De amfibieën konden echter niet profiteren van de hogere temperaturen doordat ze last hadden van de droge omstandigheden.
De warme zomer van 2009 zorgde ervoor dat de natuur een voorsprong van gemiddeld twee weken behield ten opzichte van normaal. De rijping van vlierbessen vond daarentegen ruim een maand eerder dan normaal plaats door de combinatie van vroege bloei en een versnelde ontwikkeling van vruchten in de zomer.
De herfstkleuring en bladval begonnen gemiddeld elf dagen later dan normaal. De extreem hoge temperaturen in november hadden een nog sterkere vertraging kunnen veroorzaken, ware het niet dat twee nachtvorsten halverwege oktober het proces van bladverkleuring onomkeerbaar in gang hadden gezet.
Bron: Natuurkalender en Vroege Vogels