Paul Bults: Mijmeringen: een griepje, een sneeuwbuitje
• 29-01-2010
• leestijd 2 minuten
Zal hij dan maar iets van zijn doopceel oplichten? Niet meer een van de jongsten. Loopt tegen de winterrust, in het kleurig herfsttij van zijn leven. Verheugt zich te scharen onder de risicogroep van de griepachtigen. Een oude rot. Een vaag rond pokkenpriklitteken. Op zijn dik 60 jaar gespierde linkerbovenarm. Nog uit zijn kinderjaren. Daarnaast duchtig bewerkt met een aantal vaccinatienaalden in zijn getaande body. Resistent, hoopjes weerstand, met een interne klimaathuishouding die er wezen mag. Warmbloedig. In het bezit van een pokkenbriefje. Op en top een "he-man"! Bar koude Elfstedentochten doorstaan. Een gevaccineerd oermens. Zou je zeggen!
Een goedaardig virus. God mag weten, gemuteerd in een ruiende, boos geworden snotterende sneeuwgans. Opgesnoven door een ganzendonsveren - plukkende hoestende Mexicaan. Ganzendons voor het winterdek. En zó is er de kwaaie Mexicaanse griep.. Pandemie. Alarmbellen rinkelen. Een intercontinentale vlucht en zie hier het virus in ons lieve volle landje. Gebiologeerd kijkt hij toe..gefascineerd..massa-vaccinatie! Hoe in allerijl virologen een vaccin inelkaar hutselen. De gezondheidszorg kraait.
Een klein vorstje of niet eens! Een voorspeld vorstje van Timofee, van Krol, van Woei, zo vlak boven de grond is al genoeg. En dan dwarrelen er wat witte vlokken en ongemerkt is het zwart van alle straten, stegen, wegen bedekt met een dun tapijt van maagdelijk wit. Sprookjesland! Maar ja,‘t is glad!
Jammer dan. Strooipekelwagens in ons winters kikkerlandje staan op scherp, pekelklaar. Er is gepekeld voor je het weet. En daar roest zijn fietsje van. Een sneeuwbuitje, een griepje. In ons bange landje zal hij zich niet zo makkelijk op glad ijs begeven.