Patrijs heeft akkerrand nodig om te overleven
• 24-04-2009
• leestijd 1 minuten
Het gaat niet goed met de akkervogel. De populatie patrijzen, veldleeuweriken en grauwe gorzen is sinds de jaren zestig met 90 procent gedaald. Dat heeft de Vogelbescherming vrijdag bevestigd naar aanleiding van een bericht in de Volkskrant.
Volgens de natuurorganisatie zouden vogels die op akkers broeden, baat hebben bij natuurlijke akkerranden. Door intensivering van de landbouw leveren akkers namelijk steeds minder voedsel op voor de vogels.
,,Gewassen zijn eenzijdig en bij het oogsten wordt bijna niets meer gemorst. Stoppelvelden zijn een bron van voedsel voor de vogels, maar die verdwijnen. En door insecticiden blijft er al helemaal niets meer over'', aldus een woordvoerder van de Vogelbescherming.
De aanleg van natuurlijke akkerranden zou als maatregel moeten worden opgenomen in het beleid voor agrarisch natuurbeheer, vindt de milieuclub. Een andere maatregel zou zijn om boeren te vragen een deel van hun gewassen niet te oogsten, maar als wintervoedsel te laten staan voor de akkervogels. ,,De boeren zouden hier dan wel voor moeten worden gecompenseerd'', aldus de woordvoerder.
Bron: ANP