Overleg varkensflat leidt tot niets
• 11-12-2006
• leestijd 2 minuten
Een overleg tussen maatschappelijke organisaties en de initiatiefnemers van een geplande varkensflat bij
Zaanstad dat vandaag plaatsvond heeft tot niets geleid. Bij Wakker Dier, Milieudefensie, Natuur en Milieu, de Dierenbescherming en Platform Aarde, Boer Consument bleek in het geheel geen draagvlak te zijn voor het initiatief. De initiatiefnemers hadden nog geen uitgewerkte plannen over hoe de dieren gehouden gaan worden en welke milieumaatregelen
worden genomen. Belangrijke bezwaren zoals de verdere industrialisering van de sector, het mestoverschot en de aanhoudende afhankelijkheid van veevoersoja uit Zuid-Amerika zijn niet weggenomen. ‘Een dier- en milieuvriendelijke varkensflat blijft daarom een luchtkasteel’, stellen de organisaties.
In tegenstelling tot wat de initiatiefnemers suggereren, verwachten de organisaties geen verbetering van het dierenwelzijn van de varkens in de flat. Zo moet de flat van de initiatiefnemers concurreren tegen een zo laag mogelijke prijs op de wereldmarkt. Dat zal ten koste van milieu en dierenwelzijn gaan. Zo staat niets de flateigenaren in de weg om bijvoorbeeld biggen met zijn drieën op een vierkante meter te houden,zoals de wettelijk regels voor de bio-industrie minimaal voorschrijven. Ook is er niet minder veetransport te verwachten omdat een slachthuis naast de varkensflat niet rendabel is en omdat de buitenlandse vraag naar levende varkens momenteel schrikbarend toeneemt. Als slachten elders voordeliger is en levende export een betere prijs oplevert dan is er geen wet die dit verhindert. Ook zijn varkensflats een gevaar voor wat betreft dierziektes: één virus in de flat geeft een oncontroleerbare uitbraak en zal leiden tot ruimingen op ongekende schaal. De belangrijkste milieuproblemen van de huidige bio-industrie worden ook niet opgelost. Het mestoverschot en de afhankelijkheid van veevoerimporten uit de tropen worden zelfs groter omdat het totaal aantal varkens zal toenemen.
Omdat Nederland aan de oorsprong staat van de opkomst van de dieronvriendelijke bio-industrie in de wereld, heeft Nederland ook een grote verantwoordelijkheid in de omvorming hiervan. Er is een omvorming nodig naar een diervriendelijkere veehouderij, waar een dier weer dier kan zijn en rekening wordt gehouden met de draagkracht van de natuur. De alles overheersende hang naar steeds goedkopere en “efficiëntere” vleesproductie, die van Nederland het land met de hoogste veedichtheid ter wereld heeft gemaakt, is een doodlopende weg. ‘In plaats van plannen te maken voor nog grootschaliger vleesproductie in industriële complexen is juist een omschakeling nodig naar meer grondgebonden veehouderij waarin dierenwelzijn, milieu en het boeren familiebedrijf centraal staan’, aldus de organisaties.