Op 18 oktober vertrekt een team paleontologen van Naturalis naar Mauritius. Zij gaan de dodobotten die zijn gevonden rond het vorig jaar ontdekte massagraf nader onderzoeken. In het materiaal dat al is onderzocht, zitten twee soorten dijbeenbotten van volwassen dodo's: een groep kleine en een groep grote botten. Dat zijn sterke aanwijzingen dat er minimaal twee soorten dodo's zijn geweest van verschillende groottes. Tot nu toe ging men ervan uit dat er slechts één dodosoort heeft bestaan.
Naturalis-paleontologen John de Vos en Hanneke Meijer, Julian Hume van het Natural History Museum Tring en Anwar Janoo van het National Heritage Fund Mauritius nemen alle verzamelde fossielen onder de loep. De verschillen tussen de dodobotten zijn de belangrijkste focus van het onderzoek. Het is niet gek dat een diersoort zich specialiseert, waardoor er in de loop van de evolutie twee aparte soorten ontstaan, aldus vogelpaleontoloog Hanneke Meijer van Naturalis. Dit verschijnsel heet adaptieve radiatie en het is bijvoorbeeld te zien bij de beroemde Darwinvinken op de Galapagoseilanden en bij de Solitaire op het eiland Rodrigues, een aan de dodo verwante vogel.
Toch is dat niet de enige verklaring voor het verschil in omvang van de botten. Dit kan ook wijzen op een grootteverschil tussen mannetjes en vrouwtjes. Onwaarschijnlijk is volgens Meijer dat de kleine botten van dodokuikens zijn, omdat vogels al binnen een jaar volwassen worden. Statistisch gezien is de kans daarom klein dat er botjes van een dodokuiken worden gevonden, maar natuurlijk hopen we daar wel op, dat zou heel bijzonder zijn.
Botjes zo dun als naalden
Tijdens de vorige expeditie in augustus 2007 is op Mauritius in de Mare aux Songes een massagraf ontdekt waarbij ruim 4.000 beenderen van uitgestorven Mauritiaanse gewervelde dieren zijn opgegraven. Er zijn in totaal 80 vuilniszakken fossiele botten verzameld. De inhoud van 40 zakken is al gezeefd en blootgelegd, de andere helft wordt nu uitgepluisd. Het zeven van het materiaal is al spectaculair, aldus expeditieleider Kenneth Rijsdijk. Er zitten botten bij langer dan 30 cm en zo dun als naalden, fossielen van 1 millimeter dik. Verder zit het vol met zaden, plantenresten, slakken en insecten; het volledige ecosysteem van de dodo.
Nog een raadsel
Deze 80 zakken materiaal was nog maar bijvangst uit de gegraven gracht, want het massagraf zelf is nog niet geopend. Volgend jaar juli gaat een grote expeditie van start waarbij de tien centimeter dikke stenenlaag bovenop de fossiele bottenlaag wordt weggegraven. Dan wordt minutieus vastgelegd hoe de botten in het sediment liggen om te onderzoeken hoe al deze dieren aan hun einde zijn gekomen. Dit is nog steeds een onopgehelderd raadsel.
Om de klimatologische omstandigheden ten tijde van het massale sterven te onderzoeken, wordt een grondwatermodel ontwikkeld samen met de Computational Geo-Ecology groep van de Universiteit van Amsterdam. Perry de Louw, grondwateronderzoeker van Deltares, verricht hiervoor in oktober grondwatermetingen.
Andere deelnemers aan deze expeditie zijn Marijke Besselink van het Koninklijk Instituut voor de Tropen (KIT) Amsterdam en medewerkers van het Zoölogisch Museum Amsterdam. Zij realiseren het tweede deel van de dodo-expositie op Mauritius.
Weblog weer actief
Tijdens de komende expeditie is het dodoweblog weer actief op
www.dodo-expeditie.nl
. Naast de actuele vorderingen van het onderzoek ter plaatse, met fotos, is hier ook het archief over de dodo en de expedities te vinden.
Deze expeditie is mogelijk gemaakt door de Nederlandse Organisatie voor Toegepast Natuurwetenschappelijk Onderzoek (TNO). Andere financiers zijn Instituut voor Biodiversiteit en Ecosysteem Dynamica (IBED) - Universiteit van Amsterdam, Mon Tresor & Mon Desert Ltd (MTMD), het suikerrietbedrijf dat het team gastvrijheid verleent op zijn grondgebied, Deltares, Air Mauritius en de Treub-Maatschappij ter Bevordering van het Natuurkundig Onderzoek der Nederlandsche Koloniën.