Op safari door de Nationale Parken_25_09_2009
• 25-09-2009
• leestijd 2 minuten
Nationaal Park De Biesbosch ligt op de grens van Zuid-Holland en Brabant tussen de snelwegen de A16 en de A27. Een moeras, een jungle, een regenwoud, ontstaan tijdens een superstorm. Het is vooral een gebied met veel water, water dat stroomt, dat op en neer gaat met eb en vloed, en dat toch niet zout is.
De geschiedenis van de Biesbosch begint in de middeleeuwen. Toen lag hier de Groote Waard: een machtige polder. Maar in 1421 kwam de Sint-Elizabetsvloed aangeraast vanaf de Noordzee, verslond 16 dorpen en veranderde het gebied in een watervlakte.
In deze watervlakte ontstonden zandplaten die begroeid raakten met riet, wilgen en biezen waartussen vloed en stormen slib achterlieten. De binnenzee werd een biesbos.
Overal lag modder en slik, wat bij eb droog kwam te liggen en waar steltlopers en wadvogels voedsel kwamen zoeken. In de jaren ’70 verminderde het getijdenverschil drastisch met het afsluiten van de zeegaten. Maar het is er nog steeds terwijl het moeras is veranderd in een jungle met fabelachtige dieren.
Sinds 1994 is de Biesbosch een Nationaal Park. En wie dit gebied bezoekt ontdekt een natuur in Nederland die weinig mensen kennen. Zo zien we de sporen van een dier dat we eigenlijk alleen nog kennen uit de Fabeltjeskrant: De Bever! In 1862 was de laatste in Nederland doodgeknuppeld. Hun waterdichte bont was namelijk erg in trek. In 1992 zijn er een aantal in de Biesbosch uitgezet, en ze maken geen ongelukkige indruk in dit stuk woeste Nederlandse natuur.
Nationaal Park de Biesbosch. Voor wie avontuurlijk genoeg is om eens een afslag te nemen.