Op de bres voor huismus en gierzwaluw

Méér vogels de stad in! Dat wil Vogelbescherming Nederland met het Actieplan Stadsvogels, dat dinsdag 25 april wordt overhandigd aan de directeur-generaal van het ministerie van VROM.

Echte stadsvogels als de gierzwaluw en de huismus hebben het moeilijk. De huismus staat zelfs op de Rode Lijst van bedreigde soorten. Kruidenveldjes en rommelhoekjes, waar mussen insecten en zaden kunnen vinden, zijn grotendeels verdwenen. Er zijn minder heggen. struiken en klimophagen. Van de meeste nieuwe huizen is de ruimte onder de dakpannen gedicht met vogelschroot, zodat huismussen er geen nesten meer kunnen bouwen.

Stadsvogels zijn een graadmeter voor het leefklimaat in de stad. Een vogelrijke stad is er een met en gezonde stadsnatuur en dat betekent een gezonde leefomgeving voor mensen.

Moderne gebouwen hebben nog nauwelijks kieren en gaten waarin holenbroeders kunnen nestelen. Steden worden compacter gebouwd waardoor veel openbaar groen verdwijnt. Dankzij tegels en schuttingen veranderen privétuinen in steenwoestijnen waar voor vogels niets meer te halen is.

Vogelbescherming wil met meer gerichte aandacht en creativiteit de stedelijke omgeving aantrekkelijker maken voor vogels en daarmee ook voor mensen. Gemeentebestuurders, stedenbouwkundigen, planologen, architecten, hoveniers en woningbouwcorporaties kunnen hierbij een rol spelen.