In 1958 besloot voorzitter Mao China te bevrijden van de mussen om de graanoogst te sparen en gaf de boeren de opdracht het veld in te gaan om de mussen te verjagen, zodat deze geen voedsel zouden krijgen en sterven. Het plan werkte: de grond was bezaaid met dode mussen en boeren lieten zich trots fotograferen naast stapels mussenlijkjes. Het jaar daarop was de graanoogst flink toegenomen. Mussen eten echter niet alleen graan, maar ook de insecten die graan eten. Het volgende jaar verwoestten sprinkhanen de graanoogst en het land werd getroffen door een hongersnood, in ieder geval deels veroorzaakt door de oorlog tegen de mussen.