Ontdekkingen op Texel

Texel is het grootste eiland van de wadden. Een eiland gevormd door de wind, de zee en de mens. De duinen van Texel hebben de status van Nationaal Park. Ze zijn dan ook heel bijzonder. Met dichte bossen, natte heidevelden en duinmeren. Maar ook open zandvlaktes waar de wind nieuwe duinen vormt. Onlangs zijn veel nieuwe insectensoorten ontdekt. Ook bijzondere planten zoals de harlekijnorchis en heidekartelblad zijn voor het eerst waargenomen.

Kevers en spinnen
Door leden van de Nederlandse Entomologische Vereniging is onderzoek gedaan naar insecten en andere ongewervelde dieren op Texel. Er zijn 1117 soorten waargenomen. 130 Gevonden soorten zijn nieuw voor Texel . De kevers waren het talrijkst vertegenwoordigd. Een deel daarvan zijn soorten die hun leefgebied uitbreiden. In andere gevallen waren ze bij eerder onderzoek vermoedelijk niet opgemerkt. In de Dennen zijn zeven meikevers gevonden, behalve een dekschild dat in 1948 langs de vloedlijn gevonden was is deze soort niet eerder op Texel waargenomen. Er waren 81 soorten spinnen op Texel bekend en nu kunnen er 76 aan de lijst toegevoegd worden.

Zeggesteekmieren en watermijt
Bijzonder was de vondst van enkele kolonies zeggesteekmieren in de Bollekamer in begraasde pollen pitrus, deze soort was tot nu toe één keer in Zuid-Limburg gevonden. De vondst van het penseeltje, een drie millimeter grote miljoen poot is ook opvallend, hij is maar van enkele plaatsen bekend en tot nu toe nog niet van uit de wadden. Ook de watermijt Tiphys pistillifer is terug gevonden, uit het kustgebied is deze alleen van Texel bekend. De lang niet meer waargenomen geelstaart klaverzandbij werd bij ’t Horntje waargenomen. De zeldzame Texelse zandbij werd in de rand van de Bollekamer en daarmee voor het eerst buiten het oude land van Texel gevonden.

Broedende lepelaars
Staatsbosbeheer heeft onlangs de lepelaars in de kolonies in het Nationaal Park Duinen van Texel,  in De Geul en De Muy opnieuw van uit de lucht geteld. De vogelwachters hadden het vermoeden dat er na de eerste telling nog veel dieren bijgekomen waren. Dat bleek inderdaad het geval. In De Geul bleken het aantal tot 238 te zijn uitgegroeid, terwijl er in 2004 215 paar broedden. Lepelaars zijn op Texel goed te bekijken vanaf het uitkijkpunt aan de Mokweg. Aan- en afvliegende vogels, vooral ouders met voedsel zijn er goed te zien. De lepelaars zoeken voedsel in sloten op Texel en de Kop van Noord-Holland. In de sloten vangen ze vooral driedoornige stekelbaarsjes. Daarnaast gaan ze op het Wad op jacht naar garnalen.

Harlekijn en orchissen
In de Muy bloeit de harlekijn. Voor het eerst is tussen de duintjes op De Hors een harlekijnorchis gevonden. In De Slufter bloeit het Engels gras dit jaar weer uitbundig. Weidevogels als kievit, scholekster en tureluur maken dankbaar gebruik van de afgeplagde Groene Hoek. Hier zijn ook veel kiemplanten van soorten als zeelalsem, lamsoor, waterpunge, en knopbies gevonden. In de Ploegelanden is beek-staartjesmos gevonden, een soort die tot nu toe alleen nog in het oosten van Nederland werd gevonden. In de Ploegelanden bloeien de eerste gevlekte orchissen. De zoom pinksterbloemen die dit jaar bloeien wordt druk bezocht, onder andere door glasvleugelpijlstaarten. In het geplagde stukje in de Kattenvallei groeit veel heidekartelblad. 15 Jaar geleden was deze soort hier voor het laatst gezien.

Bron: Staatsbosbeheer