De bescherming van het Nederlandse landschappelijke erfgoed is over het algemeen goed geregeld. Uitgezonderd de ondergrondse
mergelgroeven
in Zuid Limburg, zoals de historisch belangrijke NAVO groeve. Aldus historisch geograaf Henk Baas, van de
Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed
. Volgens hem vormen de honderden hectaren ondergrondse landschappen van middeleeuwse steengroeven het negatief van de bovengrondse historische werkelijkheid.
Groot probleem is dat ondergrondse landschappen als mijnen en groeven niet vallen onder de noemer cultuurlandschap: Een landschap dat is ontstaan door de activiteiten van mensen, dat bestaat uit inrichtingselementen als wegen, akkers en weilanden, parken en vijvers, huizen en fabrieken, dorpen en steden. Een natuurlandschap is een landschap zoals dat door de natuur is gevormd. De ondergrondse landschappen vallen niet onder beide definities, dus niet in het erfbeleid. En daarom dat de betrokken provincies, regionale landschappen en gemeenten nog te weinig doen aan bescherming.