De Noordse stormvogel (
Fulmarus glacialis
) is een vogel uit de orde van stormvogelachtigen (
Procellariiformes
). Hij is een wintergast aan de Nederlandse Noordzeekust, maar de vogels zijn het gehele jaar te vinden op de open zee. De dichtstbijzijnde broedplaatsen bevinden zich op het Duitse waddeneiland Helgoland. Daarnaast nestelen zij veelvuldig op de kliffen en rotsen aan de kusten van Groot-Brittannië en Noorwegen. (foto: Rob Buiter)
Uiterlijk
In de vlucht lijken noordse stormvogels op meeuwen, maar het lichaam is meer gedrongen, terwijl de vleugels langer en smaller zijn. Een volwassen exemplaar heeft een wit lichaam en grijsige vleugel.
Een kernmerkend detail zijn de neusgaten van noordse stormvogels. Deze zijn niet, zoals bij andere vogels, twee kleine gaatjes bovenin de snavel, maar de open uiteinden van twee opvallende 'neusbuisjes'. Het nut hiervan is niet helemaal duidelijk. Behalve om zout water (lees hier meer over ook de inleiding) af te voeren, schijnen ze er ook vieze geurtjes mee te kunnen opsporen. Handig wanneer je net als noordse stormvogels ook dode dieren lust. Een andere theorie is dat ze er verschillen in luchtdruk mee kunnen waarnemen. Dat helpt bij het keilen. Hij kan dan met zijn neus voelen waar de opstijgende luchtstroom het sterkst is.
Gedrag
De noordse stormvogel is een fabelachtige vlieger. Hij kan net als een albatros enorme afstanden afleggen zonder zijn vleugels te bewegen. Dit noet men 'keilen'. Voortrollende golven duwen lucht omhoog en daar laat hij zich, met behulp van zijn lange smalle vleugels, door omhoog duwen. Als hij niet hoger meer komt laat hij zich achter de golf naar beneden vallen om daarna weer mee omhoog te liften. Hij kan dit, evenwijdig aan de golven vliegend, uren lang volhouden.
Zo behendig als hij is in de lucht en op het water, zo stuntelig is hij op het land. Hij kan maar heel even op zijn tenen staan en 'staat' zoals de meeste vogels zitten. Lopen gaat alleen als hij er flink met z'n vleugels bij klappert. Dat snap je als je z'n pootjes ziet. Een elegant smal voetje met daarboven een iel beentje. Lichtgewicht voor in de lucht en handige peddels, maar ongeschikt als onderstel op het land. Daarom broedt hij ook pal aan zee op steile kliffen, veilig voor landroofdieren en vliegend te bereiken.
'Vuilaard'
De noordse stormvogel voert zijn jongen door voedsel op te braken. In de maag wordt het voedsel eerst vermengt met een soort olie uit de kliermaag. Deze olie gebruikt de noordse stormvogel ook om naar rovende meeuwen te spugen. Een klodder olie stinkt en maakt het verenpak lek. Het is een uiterst effectief wapen, maar wel een beetje vies. In België noemen ze de noordse stormvogel daarom 'vuilaard'.
Zwerfafval
De meeste dode noordse stormvogels die op het strand gevonden worden, hebben plastic in hun maag. Er drijft dus veel te veel zwerfafval in zee rond. Het afval komt niet alleen van schepen, maar ook van het strand. Als er minder afval in zee terecht komt, zullen er minder dode noordse stormvogels gevonden worden met plastic hun maag. Zo dient deze zeebewoner als 'meetdier' (bio-indicator) voor de vervuiling van de Noordzee met zwerfafval.