Nieuwe soorten op Borneo

Een team van internationale wetenschappers heeft op het Zuidoost-Aziatische eiland Borneo tenminste drie nieuwe soorten voor de wetenschap ontdekt. Dat maakte de Nederlandse expeditieleider Menno Schilthuizen van Naturalis Biodiversity Center zondag bekend in Vroege Vogels. Het gaat om twee soorten aaskevers en een nieuwe waterjuffer. Omdat ze net zijn ontdekt hebben ze nog geen naam gekregen.

De wetenschappers zijn al weken op Borneo om onderzoek te doen aan de duizenden endemische planten en dieren die er voorkomen. Het hart van de expeditie is de beroemde Mount Kinabalu, met zijn 4.095 meter één van de hoogste pieken in Zuidoost-Azië. Centrale vraag is hoe al die unieke soorten hier zijn geëvolueerd. Onder de 40 wetenschappers van Naturalis en de Maleisische natuurbeschermingsorganisatie Sabah Parks, zijn insectendeskundigen, vogelaars, botanici, amfibieënkenners en slakkenonderzoekers.

Naast de aaskevers en de waterjuffer werd ook een nieuwe vindplaats ontdekt van de zeer zeldzame bekerplant (Nepenthes edwardsiana). Deze vleesetende plant komt alleen voor op de Kinabalu-berg. Volgens Schilthuizen is dit een unieke en belangrijke vondst. ‘Vergelijk het maar met de ontdekking van een nieuwe populatie korhoenders in Nederland’, aldus Schilthuizen.

De onderzoekers komen deze week terug van de expeditie. Volgens Schilthuizen is de kans groot dat er meer nieuwe soorten voor de wetenschap zijn ontdekt, hoewel dat meer ‘bijvangst’ is bij de belangrijkste onderzoeksvraag: hoe evolueerden al die unieke soorten op Borneo?

Lees meer over de Borneo-expeditie in deze blogs .