Hilversum, 18 juli 2010 – In hartje Amsterdam is een nieuw insect ontdekt dat niet eerder in Nederland voorkwam. In het radioprogramma Vroege Vogels maakte bioloog Baudewijn Odé bekend dat de Cicada orni, een Mediterraan insect, vlakbij de Hermitage in een iep zit te “zingen”. Omdat deze cicade in ons land niet voorkwam heeft hij ook nog geen Nederlandse naam. Odé stelt voor om hem kraakcicade te noemen, naar het krakende, krassige geluid dat het dier voortbrengt.
Het is zeker dat het om een mannetje gaat, want de vrouwtjes maken geen geluid en het dier is aan zijn gekraak herkend. Hoe het dier in Amsterdam terecht is gekomen is een raadsel. Cicada orni en enkele verwante soorten komen in diverse mediterrane landen voor. In Frankrijk vooral ten zuiden van Lyon. Het exemplaar in Amsterdam moet met een vakantieganger mee zijn gekomen of met een uit Zuid-Europa geïmporteerde potplant.
Uiterlijk
Volwassen dieren hebben de grootte van een flinke kever, met een brede kop met daaronder een duidelijke zuigsnuit en glanzend doorzichtige vleugels.
Levenswijze
Larven leven enkele jaren onder de grond en zuigen sappen van bomen en andere planten. Volwassen dieren leven nog maar enkele maanden en zitten in bomen (vaak dennen of cypressen), meestal in groepen bij elkaar. Ze kunnen erg goed vliegen.
Zang
De zang van de mannetjes wordt veroorzaakt door organen in het achterlijf (tymbalen). Een speciaal gevormde plaat chitine wordt door een spier snel ‘geknakt’. Het knakken maakt een hard geluid dat in de klankkast van het achterlijf wordt versterkt. Bij de kraakcicade is de zang een rythmische herhaling van ruw krakende geluiden. Mannetjes zingen om vrouwtjes te lokken.
Om zeker te zijn van uw waarneming kunt u hier luisteren naar: