Nederlanders zijn thuis minder voedsel gaan verspillen. In 2019 verspilden Nederlanders 34,3 kilo eten per persoon; bijna 7 kilo minder dan in 2016. Ook is er minder drinken weggespoeld via de gootsteen en het toilet. Daarmee ligt Nederland op koers voor het behalen van het doel: een halvering van de voedselverspilling in 2030.
Daling bij huishoudens
De resultaten komen uit het onderzoek* naar voedselverspilling in huishoudens, dat driejaarlijks wordt uitgevoerd in opdracht van LNV onder begeleiding van Voedingscentrum, Milieu Centraal, Wageningen University & Research en Rijkswaterstaat. Sinds de eerste meting in 2010 is er een daling te zien van 29%. In 2010 werd er nog 48,0 kilo vast voedsel verspild, in 2016 was dit 41,2 kilo en dit jaar 34,3 kilo**. Nederlanders verspilden de afgelopen jaren vooral minder brood, zuivel, groente en fruit. Bij deze producten is echter nog steeds de grootste winst te behalen.
Daarnaast verspilden huishoudens ook minder vloeistoffen (koffie, thee, melk, frisdrank, sap, etc.) via de gootsteen of het toilet. In 2019 werd naar schatting 45,5 liter vloeistof per persoon weggespoeld; ruim 11 liter minder dan in 2016 (57,3 l).
Slim kopen, koken en bewaren
Het onderzoek geeft geen uitsluitsel waarom voedselverspilling in huishoudens is gedaald. Wel worden er factoren genoemd die een rol kunnen hebben gespeeld, zoals de toenemende aandacht voor voedselverspilling. Door slimmer te kopen, koken en bewaren wordt er veel voedselverspilling voorkomen.
Gehele keten
Ook voedselverspilling voor de hele keten is geschat. De totale hoeveelheid verspilling in Nederland in de hele keten lag in 2017 omgerekend per inwoner is tussen de 106 en 147 kg per persoon. Als de verspilling van vast voedsel in huishoudens (excl. dranken) nu geschat wordt op 34,3 kg, dan betekent dit dat huishoudens een aandeel hebben van zo’n 23 tot 32% van de totale verspilling in de keten.