Spanje is na Zwitserland het meest bergachtige land van Europa. In het noorden bevinden zich de Pyreneeën in het zuiden de Sierra Nevada. Een groot gedeelte van het binnenland is onbevolkt. Het landschap is vaak ruig, in het voorjaar groen en in de zomer geblakerd door zon. Er zijn veel wijn-, olijf- en citrusgaarden.
Flora
In de Pyreneeën, en in de berggebieden van Centraal-Spanje en de Sierra Nevada (Andalusië), valt vaak meer dan 800 millimeter regen per jaar. De loofbossen in die gebieden bestaan hoofdzakelijk uit eik, kastanje, berk, beuk en es. Dit uitbundige zomergroen wordt in Galicië afgewisseld door heuvels en dalen bedekt met heidevelden en heesters. In het hooggebergte komen uitgestrekte naaldwouden voor, die bestaan uit lariks en arve. De hoogvlakte of Meseta Central (Centraal-Spanje) daarentegen heeft een duidelijk steppe-achtig karakter. Dat komt vooral tot uiting als de cultuurgewassen van het land zijn en schaapskuddes en wind bezit nemen van de onafzienbare stoppelvelden. In het door gebrek aan neerslag geteisterde Extremadura, Andalusië en bij de oostelijke costas, houden de kurkeiken het langst stand. Olijfbomen treffen we ook in deze streken aan, maar dan dichter in de buurt van rivierbeddingen. Zuidelijker wordt de overgang zichtbaar van het mediterrane naar het Noord-Afrikaanse klimaat. Op de vegas, de vruchtbare vlakten langs de oostkust, floreert de door de Moren geïntroduceerde citrusteelt.
Fauna
Ook de Spaanse dierenwereld laat een geleidelijke overgang zien van Noord-Europese soorten naar variëteiten die in Noord-Afrika inheems zijn. In de noordelijke bergen en in de Pyreneeën komen van oorsprong beren, wolven, gemzen, lynxen en steenbokken voor. De beren, die aanvankelijk uitgestorven leken, nemen zowel aan de Spaanse als Franse kant van de Pyreneeën geleidelijk weer in aantal toe. In de zuidelijke streken van Spanje zijn de lynx, de wilde kat, de mangoest en de genetkat inheems. De apen op Gibraltar komen er van oorsprong niet voor. Ze zijn ooit vanuit Marokko ingevoerd en worden nu door toeristen in stand gehouden. In het Cantabrisch randgebergte en de Pyreneeën treffen we verschillende soorten roofvogels aan als de lammergier, de steenarend, de aasgier en de vale gier. In het zuiden van Spanje daarentegen beheersen de keizersarend en de slangarend het luchtruim.
Natuurbeheer
Het land grenst aan twee verschillende zeeën en een oceaan met daarin twee opmerkelijke eilandengroepen: één in de Middellandse Zee en de andere in de Atlantische Oceaan niet ver van de Afrikaanse westkust. Dit heeft gezorgd voor een mozaïek aan totaal verschillende landschappen die in deze vorm nergens anders in Europa voorkomen. In Spanje bevinden zich meer dan 400 beschermde natuurgebieden die tezamen een oppervlakte bestrijken van ruim tweeënhalf miljoen hectare waar de belangrijkste ecosystemen van het Spaanse vasteland en de eilanden behouden zijn gebleven.
Alle parken, op een na, worden beheerd door het Spaanse medio Ambiente. Het enige park dat hier niet onder valt is het parque nacional d'aigues tortes y Estany de Sant Maurici, dit park ligt in de Pyreneeën en valt onder het Catalaanse Ministerie van landbouw.
Coto Doñana
Net zoals de Waddenzee is de Coto Doñana een wetland van internationaal belang. Talloze water- en trekvogels broeden of foerageren er op hun trek naar Afrika. Maar ook de mooie kat met de pluimpjes aan zijn oren, de Iberische lynx, komt er nog voor. Ondanks de beschermde status zijn de problemen en bedreigingen groot: mijnbouw, grootschalige landbouw, toerisme, de aanleg van infrastructuur, wanbeheer. In 1998 was er een ramp bij een mijn net buiten het park, waardoor duizenden liters zwaar vervuild water en slib de Coto Doñana instroomden. De bijzondere waarde van het gebied werd er nog eens door benadrukt. De ernstig bedreigde Iberische lynx is vaak slachtoffer van aanrijdingen op (soms illegaal aangelegde) wegen door het park.
Milieubeleid
Door de jarenlange subsidieregeling van de Spaanse overheid voor de productie van groene stroom, heeft vooral de windenergie een hoge vlucht genomen. Spanje is momenteel zelfs de tweede producent ter wereld, na Duitsland, met een totaal vermogen van 11.615 MW in 2006. De ontwikkeling van zonne-energie lijkt nu ook van de grond te komen, enerzijds dankzij de onmiskenbare mogelijkheden die het Spaanse klimaat biedt, anderzijds door het gunstige vergoedingssysteem voor de geleverde energie en aangepaste bouwvoorschriften.
In het kader van het behalen van de Kyotodoelstellingen is het Spaanse energiebeleid er aan de ene kant op gericht zoveel mogelijk het gebruik van duurzame-energiebronnen te stimuleren, vastgelegd in het Plan de Energías Renovables 2005-2010 (PER). Aan de andere kant moet er zuinig en efficiënt worden omgegaan met de beschikbare bronnen, zoals verwoord in het Plan de Acción 2008-2012 de la Estrategia de Ahorro y Eficiencia Energética en España (E4).
Spanje heeft te kampen met grote watertekorten. Niet alleen het gebrek aan water maar ook de slechte kwaliteit van zowel het drink- als irrigatiewater vormt een probleem. Het behandelen en lozen van afvalwater, het uitbreiden van waterleidingen en het onderhouden van rioleringen geven eveneens problemen. Om deze problemen op te lossen, heeft de Spaanse regering een nationaal Hydrologisch Plan (PHN) opgesteld dat moet zorgen voor een beter beheer van het water. Verbetering van infrastructuren en watermanagement staan centraal. Tot slot de andere punten die in het nationaal Hydrologisch plan aan de orde komen:
het door ontzilting omzetten van zeewater in drinkwater
het zuiveren en hergebruiken van water en het verbeteren van opslag en distributie van water
De investeringen die in het plan zijn opgenomen, bedragen 1,8 miljard euro, waarvan 80 procent bestemd is voor waterbesparing en milieuvriendelijke watervoorziening.