Rokende pluimen, bergen met afval en een nimmer aflatende bedrijvigheid. Het fabrieksterrein van Tata Steel ligt in Velsen, vlak aan zee tegen de duinen aan. Maar wie denkt dat de natuur op dit 750 hectare grote terrein geen plek heeft, heeft het mis. Tussen de fabriekshallen, spoorrails en hoogovens in, komen vele vogels, vlinders, mossen en insecten voor.
Om de biodiversiteit op haar terrein en in de nabije omgeving te versterken slaan Tata Steel en het Waterleidingbedrijf van Noord-Holland (PWN) de handen ineen. Het bedrijf wil de natuurontwikkeling bevorderen, bijvoorbeeld op de bloemrijke bermen van het 200 kilometer lange spoor- en wegennet, maar ook op delen nu nog braakliggende grond. De terreinen van PWN en Tata Steel grenzen aan elkaar, PWN hoopt dat door de samenwerking dieren en planten zich makkelijker kunnen gaan verplaatsen tussen de beide gebieden. Hierdoor krijgen de soorten een groter leefgebied, wat de kans op overleven groter maakt.
Slangenkruid en ossentong
Tijdelijke natuur
Het feit dat Tata Steel gebruik kan maken van de regeling tijdelijke natuur, helpt een handje. Hierdoor kan het bedrijf indien nodig de begroeide braakliggende grond door middel van een ontheffing weer gebruiken als bedrijfsterrein. Daar waar vroeger rugstreeppadden en andere soorten bouwplannen tegenhielden, is bouwen in de huidige wetgeving minder moeilijk geworden.
Nu de tijdelijke natuur vrij spel heeft gekregen komt er bij Tata Steel op een berg metaalafval (oxykalkslik), een grote populatie orchideeën voor en leven er in een afgraving rugstreeppadden. Een slechtvalk broedt in een hoge toren en in een duinwand heeft een kolonie oeverzwaluwen zich geïnstalleerd. En soms zelfs een soort die nergens anders in Nederland voorkomen: de mossoort kalkpurpersteeltje die profiteert van het kalkrijke afval. Vroege Vogels maakte daar vorig jaar al een in radioreportage over
klik hier
.