Al enkele weken pleistert een aantal morinelplevieren op de noordpunt van Texel, in Polder Eierland. De morinelplevieren zijn op doortrek naar de Scandinavische fjells, waar ze broeden. In Nederland hebben ze ook enkele malen gebroed, voor het laatst met zekerheid in 1969.
Verblijf
De eerste morinellen in Nederland werden al op 19 april gezien, en op 20 april werd de eerste op Texel waargenomen. Vanaf begin mei doken ze steeds vaker op en werden de groepen ook groter. Op 13 mei verbleven er maar liefst 31 op het eiland. Ook rond het Lauwersmeer werden rond die tijd groepjes morinelplevieren gezien.
Mannetje
De morinelplevier is een van de steltlopersoorten waarvan het vrouwtje opvallender getekend en gekleurd is dan het mannetje. Dit is ook het geval bij franjepoten. Na bevruchting en de eileg laat het vrouwtje het broeden en de zorg voor de jongen geheel aan het mannetje over.
Lang niet gebroed in Nederland
De bij ons doortrekkende morinellen komen uit Noord-Afrika, waar ze hebben overwinterd in woestijnen en halfwoestijnen, en trekken vermoedelijk alle naar de kale fjells van het Scandinavisch gebergte. Ze broeden ook in lage aantallen in Schotland, de Alpen en de Pyreneeën. Het was daarom niet minder dan een ornithologische sensatie dat deze soort in 1961 broedend werd aangetroffen in Nederland, in de Noordoostpolder. De jaren erna werden er meer nesten gevonden, in de Noordoostpolder en in Oost-Flevoland. De broedresultaten waren echter slecht en het broedvoorkomen doofde uit; voor zover bekend werd in 1969 voor het laatst in Nederland gebroed.