Milieuvervuiling huishoudens niet toegenomen
• 19-12-2006
• leestijd 2 minuten
De afgelopen jaren heeft de toename van de consumptieve bestedingen meestal niet geleid tot meer milieuvervuiling door huishoudens. Dat blijkt uit een onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
De consumptieve bestedingen stegen tussen 1995 en 2005 met 29 procent. De directe vervuiling van de lucht door huishoudens, zoals de uitstoot van verzurende stoffen en fijn stof, is daarentegen gedaald. Dit komt onder andere doordat automotoren en motorbrandstoffen in deze periode schoner zijn geworden. De lozing van zware metalen in water is met 16 procent afgenomen. Dit is vooral te danken aan het verbod op koperhoudende verf in de recreatievaart. Huishoudens hebben wel 22 procent meer afval geproduceerd. De afvalproductie houdt daarmee gelijke tred met de consumptiegroei.
Huishoudens dragen op een directe manier bij aan het broeikaseffect door de CO2 die vrijkomt bij autorijden en het verbruik van aardgas. De CO2-uitstoot door autorijden is tussen 1995 en 2005 met 22 procent gestegen. Dat de totale CO2-uitstoot veroorzaakt door huishoudens desondanks maar licht is gestegen, komt door het lagere verbruik van aardgas. Het aardgasverbruik voor ruimteverwarming is gedaald vanwege de relatief milde winters van de afgelopen jaren. Zo verminderde het aantal graaddagen in De Bilt tussen 1995 en 2005 met ruim 5 procent.
Naast de directe milieuvervuiling door huishoudens ontstaat er ook vervuiling bij de binnenlandse productie van goederen en diensten die bestemd zijn voor consumenten. Zo draagt het verbruik van elektriciteit door huishoudens indirect bij aan het broeikaseffect door de CO2-uitstoot die ontstaat tijdens de productie van elektriciteit.
Ongeveer een kwart van de totale (direct en indirecte) bijdrage aan het broeikaseffect door huishoudens wordt veroorzaakt door het verbruik van elektriciteit. De milieuvervuiling die ontstaat bij de productie van voedsel zorgt voor 6 procent van het broeikaseffect, voor 14 procent van de afvalproductie en voor 22 procent van de verzuring.