Van de week zag ik haar weer. Moeder slechtvalk. Op het rooster van haar nestkast bovenop HET ABN AMRO gebouw aan de Zuidas in Amsterdam. Je moet het weten en veel Amsterdammers fietsen er dagelijks langs zonder het ooit te zien. Maar boven hun hoofd, op de hoge gebouwen aan de Zuidas en in de hoge schoorstenen in het havengebied; daar wonen de slechtvalken van Amsterdam.
De wereldkampioen onder de vliegers, die snelheden haalt van 380 kilometer per uur.
Volgens de archivaris van de Amsterdamse Avifauna, Ruud Vlek, werd de eerste slechtvalk eind negentiende eeuw in de stad gezien. In 1887. Langs de Amstel. Het beest werd meteen uit de lucht geschoten. Zo ging dat in die tijd.. In de tientallen jaren die volgen wordt er af en toe eentje gesignaleerd in de stad, maar Amsterdam wordt pas echt aantrekkelijk voor de slechtvalk als er hoger gebouwd wordt. Er verrijzen schoorstenen in het havengebied, kantoren op de Zuidas. En duiven, hun favoriete maal, daar stikt het van in Amsterdam.
Een echte jubelstemming onder vogelliefhebbers heerst er als in maart 2002 een nestkast voor slechtvalken wordt geplaatst in de schoorsteen van de Electriciteitscentrale Hemweg. In 2003 gaat er meteen een paartje broeden.
Weken later zijn er jongen. Uilskuikens die uitgroeien tot jonge valken die op het punt staan hun eerste vlieguren te maken, klapwiekend op het rooster voor de kast.
Nou staat de slechtvalk bekend als snelste vlieger op aarde, maar die eerste vlucht, is de meest risicovolle. Jonge slechtvalken zijn onhandig en hun eerste vlucht doet ze op plekken belanden waar je niet wil komen. Zo’n eerste vlucht is niet eens een vlucht te noemen, maar meer een noodlanding en daar schuilt ook het gevaar in, want eenmaal geland, kunnen ze voorlopig niet opstijgen.
Daar zit je dan met die dodelijke blik in je ogen, je scherpe nagels, als een suffe kip ergens op een vluchtstrook of bovenop de zonwering van een grand cafe zoals vorig jaar echt gebeurde met zo’n kleintje.
In dit soort gevallen zijn er gelukkig nog de Dierenambulance en de Vogelopvang, maar de vlucht van het eerste jong van de Electriciteitscentrale aan de Hemweg liep dramatisch af. Hij zette af, die dag in mei 2003, zeilde door de lucht, met z’n moeder ernaast, alsof ze haar jong wilde behoeden voor deze doodsvlucht, maar de jonge slechtvalk vloog zo door de hete stoom uit de naastgelegen schoorsteen de diepte in. En verbrandde levend.
Enkele jaren later overkwam dat nog een jong, die verbrandde gelukkig genoeg alleen zijn staart en werd opgevangen door een valkenier die een nieuwe staart aanlijmde.
Op dit moment zitten ze er weer. De nu nog witte uilskuikens van de slechtvalken van Amsterdam. Ze kijken op ons neer vanaf de schoorsteen van het Afvalenergiebedrijf, vanaf de electriciteitscentrale en net als vorig jaar, vanaf het ABNAmro gebouw aan de Zuidas. Ergens de komende weken regent het weer even jonge slechtvalken boven de stad. Hopelijk wachten ze iets langer dit jaar, en oefenen ze iets meer.