De vogel die alle andere kandidaten van de Vogel Top 100 ver achter zich liet is de merel. Geluidenjager
Henk Meeuwsen
heeft veel ervaring met het opnemen van vogelgeluid en ook voor hem is de merelzang absoluut favoriet. Zijn allermooiste merelopname maakte hij 10 jaar geleden op de Ginkelse hei bij Ede.
De merel is tegenwoordig de meest algemene broedvogel van ons land. Omdat de merel zoveel in tuinen voorkomt, kent vrijwel iedereen deze zangvogel. Merels zijn luidruchtig. Als er een kat in de buurt is, waarschuwen ze met hun luide alarmroep andere dieren. Ze leven vooral van regenwormen, maar eten in de winter ook fruit en broodkruimels. Merels maken hun nesten in heggen, struiken en lage bomen; vaak wel drie keer per jaar. De nesten zijn vaak makkelijk te vinden waardoor veel eieren en jongen aan katten en kraaien ten prooi vallen. Ondanks die verliezen zijn de merels nog steeds zeer talrijk; ze compenseren dit natuurlijke verlies gewoon door veel jongen groot te brengen. Ze leggen 4 tot 5 blauwgroene eieren die twee weken worden bebroed. De twee opvolgende weken vliegen zowel het mannetje als het vrouwtje af en aan met voedsel voor de jongen. Daarna fladderen de jongen nog twee weken achter de ouders aan en bedelen om voedsel. Laat jonge vogels met rust. Ze lijken misschien hulpeloos maar zijn het zeker niet. De ouders houden ze goed in het oog.